Scriptiebank overzicht

De Vlaamse Scriptiebank is een vrij toegankelijke online databank. Het bevat intussen al meer dan 8.000 artikels en volledige scripties van bachelor- en masterstudenten die sinds 2002 hebben deelgenomen aan de Vlaamse Scriptieprijs.

ChatGPT in de les Nederlands

Thomas More Hogeschool
2025
Sarah
Van Mol
Deze bachelorproef onderzoekt de inzet van ChatGPT in het secundair
onderwijs, specifiek binnen de lessen Nederlands. Artificiële intelligentie
(AI) speelt een steeds grotere rol in onze samenleving en biedt diverse
mogelijkheden voor gepersonaliseerd leren en ondersteuning bij
taalvaardigheid. In deze bachelorproef wordt AI gedefinieerd (zie 1.1) en
de impact ervan op de samenleving geanalyseerd (zie 1.2). AI wordt
breed toegepast in verschillende sectoren, waaronder gezondheidszorg en
onderwijs. Dit biedt kansen en uitdagingen, zoals ethische vraagstukken
en de invloed op werkgelegenheid.
In de literatuurstudie wordt dieper ingegaan op ChatGPT als specifieke AItoepassing (zie 2.1), de rol ervan in de samenleving (zie 2.2) en de
toepassing binnen het onderwijs, met een bijzondere focus op het vak
Nederlands (zie 2.3). ChatGPT ondersteunt leerkrachten bij
lesvoorbereiding, het geven van gerichte feedback en het differentiëren
van instructie. Voor leerlingen biedt ChatGPT voordelen bij
schrijfopdrachten, tekstanalyses en gepersonaliseerde leerroutes. Toch
zijn er risico’s, zoals het gevaar van plagiaat en afhankelijkheid. Het
gebruik van ChatGPT vereist een bewuste en kritische inzet van alle
gebruikers, dus zowel leerlingen als leerkrachten.
De literatuurstudie behandelt verder effectieve strategieën voor de
implementatie van ChatGPT in het onderwijs (zie 2.3), zoals het gebruik
van schrijfkaders en effectieve promptconstructie (zie 2.3.4). Daarnaast
wordt het belang van digitale geletterdheid en ethiek bij het gebruik van
AI benadrukt (zie 2.3.5). Leerkrachten moeten worden ondersteund bij
het kritisch evalueren en begeleiden van leerlingen in het gebruik van
ChatGPT, om zo de kwaliteit van het onderwijs te waarborgen.
Tot slot werd een praktijkgerichte handleiding ontwikkeld op basis van de
literatuur, stage-ervaringen (zie 4.1) en feedback van leerkrachten uit het
werkveld (zie 4.2). Deze handleiding bundelt concrete toepassingen,
prompts en lesideeën waarmee leerkrachten in de eerste graad secundair
onderwijs doelgericht met ChatGPT aan de slag kunnen. De positieve
reacties uit het werkveld tonen aan dat ChatGPT een meerwaarde kan
betekenen in de klas, op voorwaarde dat het gebruik ervan kritisch
begeleid wordt en goed ingebed is in de didactische aanpak.
Meer lezen

Actief luisteren naar de stad - Ontwikkeling van een nieuwe methode 'Soundvoice' via participatief actieonderzoek met stedelijke jongeren

Universiteit Antwerpen
2025
Lieven
Martens
Deze thesis onderzoekt een nieuwe methode ‘Soundvoice’ als instrument om te verkennen hoe jongeren in superdiverse stedelijke contexten de soundscape – het geheel van alle geluiden in hun omgeving – ervaren en interpreteren, en hoe deze ervaring verband houdt met hun persoonlijke leefwereld. Terwijl het dominante publieke discours de stedelijke soundscape vaak in binaire termen van ‘lawaai’ versus ‘stilte’ kadert, weerspiegelen dergelijke perspectieven vaak een beperkte, middenklasse en overwegend witte visie. Dit onderzoek wil ondererkende stemmen aan het woord laten door deelnemers te betrekken bij een creatief, participatief proces van opnemen, delen en bespreken van de geluiden van de stad en deze geluiden te relateren aan hun eigen persoonlijke verhaal.
Soundvoice verrijkt het sociaal werk met akoestische ecologie en soundscape studies en integreert principes van participatief actieonderzoek met zintuiglijke methoden zoals soundwalks en veldopnamen. Uit de bevindingen blijkt dat de methode jongeren op een actieve en reflectieve manier uitnodigt om hun omgeving te verkennen en specifieke geluiden te koppelen aan persoonlijke herinneringen, emoties en sociale contexten. Dit proces levert niet alleen genuanceerde inzichten op in de subjectieve en sociale dimensies van de stedelijke soundscape, maar bevordert ook dialoog.
De maatschappelijke waarde van Soundvoice ligt in het vermogen om jongeren op een laagdrempelige, creatieve manier te betrekken, waardoor hun ervaringen mogelijk hoorbaar worden binnen bredere stedelijke discoursen en mogelijk invloed kunnen uitoefenen op het beleid. De kleinschalige, contextspecifieke toepassing in deze studie beperkt echter de generaliseerbaarheid en verhindert een beoordeling van de impact op lange termijn. Toekomstig onderzoek moet de methode in diverse contexten, met verschillende groepen en over langere periodes testen om de validiteit ervan te versterken en het politiserende potentieel ervan te verkennen, vergelijkbaar met methoden als Photovoice.
Soundvoice lijkt een veelbelovend instrument voor sociaal werk, stadsstudies, jeugdwerk, armoedebeleid, gezondheidszorg en participatieve beleidsvorming – een instrument dat niet alleen met de oren luistert, maar ook openstaat voor de vele stemmen, verhalen en geleefde realiteiten die de hedendaagse stad vormgeven.
Meer lezen

Ontwerpen van B.Stim: Een TES-headset met focus op gebruiksvriendelijkheid en personalisatie

Universiteit Gent
2025
Rune
Vandekerckhove
In deze masterproef werd B.Stim ontwikkeld: een gebruiksvriendelijk en
personaliseerbaar apparaat voor transcraniële elektrische stimulatie (TES), bedoeld voor
thuisgebruik bij de behandeling van therapieresistente depressie (TRD). Traditionele
behandelmethoden zoals antidepressiva en therapie in klinische setting zijn vaak
onvoldoende effectief, moeilijk toegankelijk of financieel belastend. TES vormt een
veelbelovend alternatief door op een veilige en niet-invasieve manier hersenactiviteit te
beïnvloeden, maar bestaande apparaten zijn vaak te complex of te weinig afgestemd op
individuele gebruikersnoden.
Binnen dit project werd een headset ontworpen die modulair, intuïtief en aanpasbaar is.
Via iteratief prototypen en gebruikersonderzoek werd een oplossing ontwikkeld die zowel
medische richtlijnen volgt als een hoge mate van autonomie toelaat voor de gebruiker. De
elektroden zijn vrij positioneerbaar, het ontwerp is ergonomisch, en de
gebruikersinterface begeleidt de gebruiker stap voor stap door het behandelingsproces.
De ontwerpaanpak combineerde de Triple Diamond en Biodesign methodologieën om
noden vanuit zowel medische als gebruikerscontexten te integreren.
De werking en bruikbaarheid van het ontwerp werden gevalideerd via gebruikstesten met
leken. B.Stim toont zo aan dat het mogelijk is om complexe medische technologie
toegankelijk te maken voor thuisgebruik, met als doel de geestelijke gezondheidszorg te
verbeteren.
Meer lezen

AUTONOME MONITORING VAN 5G RADIOFREQUENTE ELEKTROMAGNETISCHE VELDBLOOTSTELLING MET EEN QUADCOPTER

Universiteit Gent
2025
Jonas
Vermeulen
Deze masterproef beschrijft de ontwikkeling van een autonome quadcopter uitgerust met een frequentieselectieve triaxiale 5G-sensor voor het meten van radiofrequente elektromagnetische velden (RF-EMV). Het doel was om de blootstelling rond 5G-basisstations nauwkeurig en reproduceerbaar in kaart te brengen. Naast de bouw en kalibratie van het dronesysteem werden ook interferentie door boordelektronica en afschermingseffecten van de drone onderzocht. In een veldcampagne vloog de drone een 2D-raster en visualiseerde de resultaten via heatmaps, met piekwaarden tot 4,25 V/m. Het onderzoek toont aan dat drones een efficiënte, autonome en transparante oplossing bieden voor RF-EMV-monitoring in 5G- en toekomstige 6G-netwerken
.
Meer lezen

Desire, Discipline and Punish: A Post-Structuralist Analysis of Female Desire for Sexual Submission

Universiteit Gent
2025
Anisha
de Vries
Deze masterproef onderzoekt hoe de feministische theorie ruimte kan maken voor vrouwelijke seksuele verlangens naar onderwerping zonder te vervallen in moreel wantrouwen of liberaal idealisme. Historisch gezien werden dergelijke verlangens vaak als problematisch beschouwd via het concept van vals bewustzijn. Vertrekkend vanuit poststructuralistische denkers zoals Foucault, Berlant, Butler en Kamra, wordt verlangen benaderd als een relationele en affectieve structuur die door macht wordt gevormd, eerder dan als een zuivere uitdrukking van autonomie of onderdrukking. Audre Lordes begrip van het erotische vult dit theoretisch kader aan door diep gevoeld verlangen te beschouwen als een bron van feministische kennis en creatieve kracht. Deze masterproef pleit voor het loslaten van morele controle over seksualiteit en voor het erkennen van verlangen als een complex en vaak tegenstrijdig onderdeel van het geleefde bestaan. Ze besluit met een oproep tot een materialistisch feminisme waarin erotisch verlangen inspiratie biedt voor verzet, solidariteit en collectieve bevrijding.
Meer lezen

Een kijk op dekolonisatie: Vlaamse en Franse media over tien jaar onafhankelijkheid in hun voormalige koloniën

KU Leuven
2025
Margeaux
De Borger
Deze masterproef onderzoekt hoe de dekolonisatie van Congo en Algerije gerepresenteerd werd in Vlaamse en Franse televisiereportages, tien jaar na de onafhankelijkheid van beide landen. Aan de hand van een kwalitatieve, multimodale framingsanalyse worden de twee driedelige reportagereeksen Kongo (1970) en L’Algérie dix ans après (1972) geanalyseerd.
Meer lezen

De Rol van Vrouwen in Vredesprocessen

KU Leuven
2025
Ruben
Vanbrabant
Mijn scriptie onderzoekt welke barrières de participatie van vrouwen in vredesprocessen belemmeren en hoe hun betrokkenheid bijdraagt aan duurzame vrede in post-conflictgebieden. Aan de hand van drie casestudies (Liberia, Colombia en Bosnië en Herzegovina) analyseert het onderzoek zowel formele als informele vormen van participatie. De resultaten tonen aan dat vrouwen cruciale bijdragen leveren aan verzoening en rechtvaardigheid, maar vaak structureel worden uitgesloten van formele onderhandelingen.
Meer lezen

Hoe kunnen chatbots, gebruik makend van RAG en NLP, bijsluiters begrijpbaar maken?

Hogeschool West-Vlaanderen
2025
Lien
De Jong
De centrale onderzoeksvraag van deze bachelorproef luidt: Hoe kunnen chatbots, gebruikmakend van RAG en NLP-technologieën, bijsluiters begrijpbaarder maken? Het doel van het onderzoek was om na te gaan hoe artificiële intelligentie ingezet kan worden om medische informatie toegankelijker te maken voor een breed publiek, waaronder jongeren, ouderen en mensen met beperkte gezondheidsvaardigheden.

Het project bestond uit een literatuurstudie naar bestaande NLP-technieken, gevolgd door de ontwikkeling van een werkende demo van een AI-chatbot. Deze chatbot maakt gebruik van Retrieval-Augmented Generation (RAG), Azure AI Search en GPT-technologie om informatie uit medische bijsluiters te extraheren, te vereenvoudigen en aan te bieden via een gebruiksvriendelijke interface.

Tot slot werd de oplossing kritisch geëvalueerd aan de hand van feedback van experten uit het werkveld, zoals VITO, het FAGG, en softwareontwikkelaars en marketing directors uit de medische sector.

Positieve elementen in de evaluatie waren de technische haalbaarheid, de intuïtieve gebruikerservaring en de schaalbaarheid van het systeem. Negatieve of kritische aandachtspunten betroffen vooral de juridische en ethische grenzen, het risico op misinterpretatie, en de nood aan duidelijke afbakening van wat het systeem wel
en niet mag doen.

De belangrijkste elementen in het advies zijn dan ook het vermijden van persoonlijke data, het beperken van de reikwijdte van de chatbot tot informatieve antwoorden, en het voorzien van een heldere juridische en echnische structuur. De conclusie van het project luidt dat AI-chatbots een waardevolle bijdrage kunnen leveren aan begrijpelijke gezondheidsinformatie, op voorwaarde dat ze zorgvuldig ontworpen, beperkt ingezet en
voortdurend gemonitord worden.
Meer lezen

Online afspraken in de gynaecologie: Wat houdt de patiënt tegen?

Odisee Hogeschool
2025
Tiany
Goesseye
Uit literatuuronderzoek blijkt dat de acceptatie van technologie in de gezondheidszorg sterk afhankelijk is van zaken zoals gebruiksvriendelijkheid, transparantie en de beschikbaarheid van tijdsloten. Het online afsprakensysteem biedt administratieve voordelen, zoals het verminderen van telefonische oproepen en het geven van meer controle aan patiënten over hun zorgplanning. Deze bachelorproef onderzoekt de factoren die de acceptatie en het gebruik van het online afsprakensysteem binnen de dienst gynaecologie van AZORG Campus Moorselbaan beïnvloeden.
Veldonderzoek binnen de dienst gynaecologie van AZORG laat zien dat zowel patiënten als administratief personeel tegen verschillende problemen aanlopen. De terminologie in de beslisboom is soms te wetenschappelijk, waardoor patiënten het moeilijk vinden om de juiste keuze te maken. Bovendien blijken bepaalde consultaties alleen telefonisch ingepland te kunnen worden, zonder duidelijke uitleg over het waarom. Dit verhoogt de werkdruk voor het secretariaat, omdat patiënten alsnog bellen voor verduidelijking. Een vergelijking met AZ Groeninge (Kortrijk, West-Vlaanderen) en VITAZ (Sint-Niklaas, Oost-Vlaanderen) toont aan dat andere ziekenhuizen ook met problemen kampen, maar dat een transparantere beslisboom en duidelijkere gebruikersinstructies de efficiëntie kunnen verbeteren.
In deze bachelorproef worden enkele concrete aanbevelingen geformuleerd die de toegankelijkheid en efficiëntie van het online afsprakensysteem zouden kunnen verbeteren. Door de beslisboom gebruiksvriendelijker te maken, kan AZORG de werkdruk op het secretariaat van de dienst gynaecologie verlagen en het digitale zorgtraject verder gaan optimaliseren. Dit onderzoek draagt bij aan een bredere analyse van technologiegebruik in de zorgsector en biedt inzichten die toepasbaar zijn voor andere medische disciplines die digitale afspraken willen implementeren of verder willen gaan optimaliseren.
Meer lezen

Iedereen telt mee: Samen digitale zorgtechnologieën creëren

KU Leuven
2025
Arthur
Haerinck
De toenemende digitalisering van de gezondheidszorg verandert de manier waarop zorg wordt aangeboden en beleefd, en biedt nieuwe kansen voor patiëntgerichte zorg en innovatie. In dit veranderende landschap nemen patiënten een actievere rol op in hun eigen zorg, waarvoor het beschikken over voldoende digitale gezondheidsgeletterdheid (DGG) als een belangrijke hefboom fungeert. Helaas blijft een gebrek aan DGG in de bevolking bestaan.

Daarnaast kan het betrekken van het perspectief van patiënten in de ontwikkeling van digitale gezondheidstechnologieën (DGT) de toegankelijkheid en gebruiksvriendelijkheid van nieuwe, innovatieve technologieën bevorderen. Toch kan de technische complexiteit van ontwikkelingsfases zinvolle betrokkenheid van lekenpatiënten bemoeilijken.

De verschuiving naar inclusieve en duurzame gezondheidsinnovatie benadrukt de noodzaak om beter te begrijpen hoe patiënten ondersteund kunnen worden in het verwerven van de vaardigheden en kennis die nodig zijn om betrokken te worden bij hun zorg en bij co-creatieprocessen.

Deze thesis onderzoekt de belangrijkste noden en uitdagingen met betrekking tot de voorbereiding van Belgische patiënten op betrokkenheid bij de ontwikkeling van DGT, met bijzondere aandacht voor DGG als een hefboom voor empowerment en inclusie.
Meer lezen

Optimaliseren van de levenskwaliteit bij langdurig opgenomen psychiatrische patiënten: het toepassen van verpleegkundige interventies.

Hogeschool West-Vlaanderen
2025
Mieke
Verniers
Een literatuuronderzoek met een verbeterproject binnen de geestelijke gezondheidszorg. Het verbeterproject is een zorgpad voor levenskwaliteit te verhogen bij psychiatrische patiënten met ernstige en persisterende aandoeningen die langdurig verblijven in een opname.
Meer lezen

Samen sterk in de wachttijd: Hoe huisartsen het welzijn van kinderen en jongeren ondersteunen

Hogeschool VIVES
2025
Maartje
Deman
In deze bachelorproef wordt onderzocht hoe huisartsen kinderen en jongeren met psychische problemen kunnen ondersteunen tijdens de wachttijd voor gespecialiseerde hulp. Via literatuuronderzoek, enquêtes en interviews met jongeren, ouders, huisartsen en hulpverleners werd in kaart gebracht welke noden bestaan in deze kwetsbare periode.

De resultaten tonen aan dat de wachttijd gemiddeld 6,5 maanden bedraagt, en dat kinderen en jongeren zich in die periode vaak machteloos, onbegrepen en vergeten voelen. Ze hebben vooral nood aan duidelijke communicatie, erkenning en opvolging. Ook huisartsen willen meer betekenen, maar ervaren barrières zoals tijdsdruk, onduidelijke doorverwijzingen en een gebrek aan tools.

Op basis van de bevindingen werden meerdere concrete eindproducten ontwikkeld, waaronder de Wacht-Wijs Box, een informatieve folder voor ouders, de GGZ Wegwijzer voor huisartsen, en twee digitale prototypes: een zoekplatform voor GGZ-aanbieders en een gedeeld dossierconcept. Deze hulpmiddelen bieden laagdrempelige ondersteuning tijdens de wachttijd en versterken de verbinding tussen gezinnen en hulpverlening. De bachelorproef kreeg ook politieke aandacht van minister Caroline Gennez, wat de maatschappelijke relevantie onderstreept. Het werk is bovendien de kiem voor een eigen initiatief, Feelino, dat inzet op warme, laagdrempelige ondersteuning voor kinderen en jongeren, zowel tijdens de wachttijd als in bredere trajecten rond emotioneel welzijn en veerkracht.
Meer lezen

Culture on Prescription in Belgium - a pilot study

KU Leuven
2024
Ilke
Peters
Momenteel zijn depressie en geestelijke gezondheidsproblemen belangrijke wereldwijde bezorgdheden. Volgens verschillende onderzoeken kan Cultuur op Voorschrift de geestelijke gezondheid en het welzijn van personen aanzienlijk verbeteren. In België is Cultuur op Voorschrift nog niet op een gestructureerde en permanente wijze geïmplementeerd. Hierdoor zijn er geen resultaten van dit concept op het welzijn van patiënten beschikbaar.
Ten eerste wil deze studie onderzoeken hoe deelname aan culturele evenementen de geestelijke gezondheid van de deelnemers kan beïnvloeden. Ten tweede worden de processen en procedures onderzocht die nodig zijn voor de implementatie van Cultuur op Voorschrift in België.
Om de doelstellingen van dit onderzoek te bereiken, zijn verschillende methoden gebruikt. Ten eerste werd een procesevaluatie met behulp van een “mixed methods”-benadering gebruikt om het effect van de interventie op de geestelijke gezondheid van de deelnemers en de gerelateerde externe factoren te beoordelen. Er zijn semi-gestructureerde interviews gehouden met patiënten, huisartsen en culturele partners om kwalitatieve inzichten te verzamelen. Daarnaast werden pre- en post-interventiemetingen verzameld door middel van vragenlijsten om de kwantitatieve effecten te beoordelen. Er werden geen controlegroepen gebruikt. Ten tweede werd een literatuuronderzoek uitgevoerd om de processen en procedures te onderzoeken die nodig zijn voor de implementatie van Cultuur op Voorschrift.
Resultaten: Interviews met patiënten, huisartsen en culturele partners hebben de positieve impact van Cultuur op Voorschrift op de geestelijke gezondheid aangetoond. Om ervoor te zorgen dat dit concept een duurzaam en succesvol onderdeel van het gezondheidszorgsysteem kan worden, dienen passende procedures en processen zoals buddy-werking, linkwerkers en een welzijnslabel te worden geïmplementeerd.
Cultuur op Voorschrift biedt een waardevolle benadering om de geestelijke gezondheidszorg te verbeteren door culturele activiteiten te gebruiken als aanvulling op traditionele behandelingen. Door in te spelen op individuele behoeften en interesses, maatschappelijke betrokkenheid te bevorderen en te integreren met bestaande cultuurorganisaties, heeft Cultuur op Voorschrift in België het potentieel om een belangrijke bijdrage te leveren aan de bevordering en de zorg voor de geestelijke gezondheid.
Meer lezen

Riskmanagement

Andere
2024
Kimberly
Bhikharie
In me scriptie onderzoek ik hoe TechnoSoft, een softwarebedrijf gericht op cloud oplossingen voor de gezondheidszorg, zicht wapent tegen de risico’s die hun innovatieve en expansieve strategie met zich meebrengt. Je analyseert met name de risico’s van IT-storingen, naleving van de GDPR-regels en het te kort aan gekwalificeerd personeel. Door deze risico’s systematisch te benaderen, probeert TechnoSoft haar markt positie te versterken en tegelijkertijd vertrouwen te winnen bij klanten en belanghebbenden in de zorgsector. Het onderzoek biedt aanbevelingen om risicomanagement als strategische pijler te integreren en zo duurzame groei te realiseren.
Meer lezen

Advancing the I2C proposal for WebAssembly System Interface

Universiteit Gent
2024
Friedrich
Vandenberghe
Dit proefschrift richt zich op de dringende behoefte aan robuuste en veilige softwareoplossingen in kritieke infrastructuursystemen, waar plotselinge storingen ernstige gevolgen kunnen hebben. Het onderstreept het belang van tijdige software-updates, vooral in industrieën als de auto-industrie, gezondheidszorg en transport. Het benadrukt de noodzaak van naadloze rollback-mechanismen in geval van storingen.

Het onderzoek introduceert WebAssembly en WebAssembly System Interface als veelbelovende technologieën voor dergelijke toepassingen, maar identificeert een kritiek gat in hun ondersteuning voor het veelgebruikte I2C-protocol in IoT-apparaten.

Het primaire doel van dit onderzoek is om deze kloof te overbruggen door I2C-connectiviteit mogelijk te maken voor WebAssembly-applicaties, met inachtneming van strenge beveiligings-, betrouwbaarheids- en overheadbeperkingen. Daarnaast heeft het proefschrift als doel om deze aanpak te standaardiseren, waardoor de wijdverspreide toepassing in de industrie wordt bevorderd en de duurzaamheid op lange termijn van kritieke infrastructuursystemen wordt gegarandeerd.

Om dit te vergemakkelijken worden de wasi-i2c interfaces voorgesteld. Deze interfaces volgen het capability-based security design principe dat centraal staat binnen WebAssembly System Interface. Om de deugdelijkheid van wasi-i2c vast te stellen worden implementaties geleverd. Deze implementaties variëren van verschillende runtimes, platformen en architecturen. Daarna wordt een evaluatie van de gemiddelde uitvoeringstijd en het geheugengebruik uitgevoerd.
Meer lezen

Autonomic function parameters are predictors of increased limitations in Activities of Daily Living after a 2-year follow-up period in octogenarians: a prospective longitudinal study

Vrije Universiteit Brussel
2024
Jordy
Saren
Background: Neurogenic orthostatic hypotension and blood pressure variability (BPV) may be considered as additional clinical parameters to evaluate pharmaceutical and non-pharmaceutical preventive interventions. This is particularly relevant if these parameters predict difficulties in performing Activities of Daily Living (ADL).

Aim: To explore the predictive value of autonomic function parameters for alternations in ADL mediated by changes in locomotor function in relatively robust octogenarians after a 2-year follow-up period.

Methods: This prospective longitudinal study included 267 participants (mean age: 82.98 ± 2.87 years) from the BUTTERFLY study. Data were collected at baseline and after 6, 12, and 24 months. The two-year follow-up period enabled the examination of both direct and indirect influences of autonomic function on the decline in ADL, mediated by changes in locomotor function, using PROCESS macro mediating logistic regression analysis.

Results: Systolic supine-to-stand BPV was associated with increased dependency in advanced ADL (unstandardized beta = 0.160, p<0.001) after a two-year follow-up in adults aged 80 and above. Visit-to-visit systolic BPV indirectly predicted more a-ADL limitations, mediated by changes in gait speed during year 1. No direct or indirect impact of autonomic function on b-ADL or i-ADL was observed after two years.

Conclusion: Our prospective study demonstrated that various autonomic function parameters predicted increased limitations in ADL among octogenarians after a two-year follow-up period. Consensus on threshold values for defining high BPV is essential for its clinical implementation, even in low cardiovascular risk cohorts.
Meer lezen

Kunst op Verwijzing Piloot Leuven - een prospectieve studie over het inzetten van kunst in de eerstelijnsgezondheidszorg

KU Leuven
2024
Lieve
Nagels
  • Annemie
    Voets
Kunst heeft een heilzaam effect op de mens. In tegenstelling tot het buitenland, met koplopers de Angelsaksische en Scandinavische landen, is er in België een grote achterstand in onderzoek en praktijkervaring met Kunst op Verwijzing (KOV), een eerstelijn gezondheidsbevorderende tool met kunst. In maart 2023 beslisten vertegenwoordigers uit de Leuvense zorg-, welzijns- en cultuursector en de academische wereld om samen vorm te geven aan een KOV-pilootproject, gericht op volwassenen met langdurig bestaande milde tot matige psychosociale klachten. Zeven vrouwen tussen 25 en 71 jaar doorliepen begin 2024 het KOV-traject van acht wekelijkse sessies van tweeënhalf uur in museum Parcum. Het hele proces werd uitgebreid gedocumenteerd, van concept over praktische uitrol tot de wetenschappelijke analyse, door twee master studenten Kunstwetenschappen (KU Leuven). Ze gebruikten een gemengde methodologie met zowel kwantitatief (vragenlijsten) als kwalitatief onderzoek (diepte-interviews, focusgroepen en participatieve observatie). Een eerste onderzoeksvraag betrof een procesevaluatie: is KOV een haalbare interventie in de Belgische/Vlaamse eerstelijnszorg? Uit de ervaring met het Leuvense pilootproject kan besloten worden dat een traject met kunst een werkbare niet-medische interventie is die de gezondheid en levenskwaliteit kan bevorderen mits aan bepaalde voorwaarden wordt voldaan. Een performant samenwerkingsplan tussen de cultuur- en zorgsector, een ethische gedragscode en richtlijnen voor goede KOV-praktijkvoering, en de opleiding van professionals in Kunst voor Welzijn zijn essentieel. Een tweede onderzoeksvraag polste naar de impact op de kunstbeleving van de deelnemers, op het museum en de medewerkers en op de gezondheid van de deelnemers.   In lijn met internationaal onderzoek werd een verhoogd sociaal en mentaal welbevinden en activatie vastgesteld bij de deelnemers. Externe negatieve gebeurtenissen kunnen die positieve impact compromitteren. Een discrete vermindering in het beroep doen op de eerstelijn werd vastgesteld. Ook het mentaal welbevinden van de begeleiders kreeg een boost. Aanbevelingen werden geformuleerd voor het organiseren van toekomstige KOV-trajecten en voor voortgezet onderzoek. Het belang van de Kunstwetenschappen voor de nieuwe wetenschapsdiscipline Kunst voor Welzijn/ Arts in Health werd toegelicht.
Meer lezen

Markerless Augmented Reality Guidance System for Maxillofacial Surgery

KU Leuven
2024
Ewald
Ury
Deze studie presenteert een nieuw, eenvoudig te gebruiken augmented reality (AR)-systeem dat chirurgen begeleidt tijdens kaakchirurgie. In tegenstelling tot de huidige methoden, die fysieke gidsen gebruiken en vaak kostbaar en tijdrovend zijn, maakt dit systeem gebruik van digitale hologrammen en de Microsoft HoloLens 2-headset. Het volgt de kaak van de patiënt in real-time, zonder dat fysieke markeringen nodig zijn. Tests met vier chirurgen toonden aan dat dit AR-systeem zeer nauwkeurig is, met een foutmarge van minder dan 1,08 mm. Deze nieuwe benadering kan een kosteneffectievere, eenvoudigere en minder ingrijpende manier bieden om de precisie van de chirurgie te verbeteren.
Meer lezen

DE ADMINISTRATIEF ASSISTENT ALS COPILOOT VAN DE HOOFDVERPLEEGKUNDIGE

Universiteit Gent
2024
Els
Beerens
Achtergrond
In een context van toenemende druk op de zorg raken ook vacatures voor hoofdverpleegkundigen steeds moeilijker ingevuld. Uit eerder onderzoek is gebleken hoe hoofdverpleegkundigen gebukt gaan onder administratieve werklast. ‘Taakuitzuivering’ wordt herhaaldelijk aangehaald als mogelijke oplossing. In dit proces wordt de focus op de kerntaken van de verschillende actoren met als doel het takenpakket terug tot de essentie van de desbetreffende beroepsgroep te brengen. Het aantal onderzoeken rond administratieve ondersteuning van hoofdverpleegkundigen met als doel hun takenpakket uit te zuiveren is schaars.

Doelstelling
In dit onderzoek wordt nagegaan of de administratief assistent een rol kan spelen in het wegnemen van de administratieve ballast en hoe deze administratieve ondersteuning bij hoofdverpleegkundigen ervaren wordt. Inzicht wordt verkregen in de samenwerking tussen de administratief assistent en de hoofdverpleegkundigen en wat de effecten van deze samenwerking zijn.

Methodologie
Een kwalitatief evaluatie-onderzoek van de beleidsbeslissing, waarbij administratief assistenten hoofdverpleegkundigen doelgericht assisteren bij hun administratieve taken wordt uitgevoerd. Diepte-interviews (11), het takenpakket van de administratief assistenten, verslaggeving van teamvergaderingen (18) en intervisiemomenten (11) worden geanalyseerd met behulp van het softwarepakket Nvivo.

Resultaten
Het onderzoek brengt inzicht in het takenpakket van de administratief assistent, geeft duidelijkheid over basisvoorwaarden en aandachtspunten van de samenwerking en stelt effecten van de samenwerking vast op verschillende niveaus. De effecten op niveau van de hoofdverpleegkundige, ten aanzien van het team, over diensten heen en op ziekenhuisniveau zijn duidelijk.

Conclusie
Administratieve ondersteuning voor de hoofdverpleegkundigen met taakuitzuivering als oplossing voor de administratieve overlast van hoofdverpleegkundigen is een concept dat perspectief biedt. De vastgestelde bijkomende effecten versterken deze conclusie. Verdere analyse is nodig om de invloed van het administratief assistententeam op de jobtevredenheid bij hoofdverpleegkundigen in kaart te brengen.

Praktische implicaties
Specifieke administratieve ondersteuning zorgt voor verlichting van de administratieve werklast van hoofdverpleegkundigen; hierdoor kunnen zij zich concentreren op hun kerntaken en hun team.
Meer lezen

Reducing exposure to particulate matter in the indoor environment through filter application

Universiteit Gent
2024
Lisa
Corneillie
In deze scriptie wordt de effectiviteit van een filter als strategie voor het verbeteren van de binnenluchtkwaliteit tegen fijnstof onderzocht met behulp van simulaties in Dymola. Hiervoor is er een nieuwe indeling voor fijnstofdeeltjes ontwikkeld, gebaseerd op de toxiciteit van verschillende deeltjesgroottes en afgeleid uit de literatuur. Deze nieuwe indeling heeft als doel de tekortkomingen van de bestaande grootte-indelingen te vervangen die de grootte- en bronafhankelijke toxiciteit van fijnstof generaliseren. Na het ontwikkelen van een filtercomponent en het aanpassen van een bestaand multi-zone model, werd de schadelijkheid van de fijnstofconcentratie die de binnenomgeving bereikt en het vermogen van filters om dit te voorkomen, onderzocht in verschillende scenario's. De invloed op de algehele binnenluchtconcentratie van PM werd waargenomen voor verschillende buitenomgevingen en verschillende filters. Daarnaast werden ook de invloed van PM dat door koken wordt uitgestoten, het verschil tussen 100% ventilatie en vraaggestuurde ventilatie en de implementatie van open ramen gesimuleerd. Bovendien werden de invloed van variatie in filterefficiëntie, de levensduur van het filter en het daaropvolgende energieverbruik onderzocht. De resultaten tonen aan dat een HEPA-filter de binnenluchtconcentratie van PM voor alle schadelijke deeltjesgroottefractie voldoende kan verlagen, terwijl een grof en fijn filter dit niet kunnun. Koken en het openen van ramen ondermijnen echter de effectiviteit van het filter in zodanige mate dat een gezonde binnenomgeving niet langer kan worden gegarandeerd. Een voorlopige analyse van het energieverbruik en de levensduur van het filter toont aanzienlijke extra energiekosten aan bij het gebruik van filters, evenals een levensduur die aanpassing vereist van het bereik dat door fabrikanten wordt voorgesteld. Analyse van de huidige testnormen voor filters laat zien dat deze niet voldoende zijn om een goede vergelijking tussen verschillende filters te waarborgen. Het aantal DALY's voor blootstelling aan PM2.5 was in alle scenario's minstens vier keer kleiner wanneer er een HEPA-filter aanwezig was. PM bleef echter de meest schadelijke verontreinigende stof, vóór stikstofdioxide, ozon en formaldehyde.
Meer lezen

How can Virtual Reality and/or Augmented Reality influence the Customer Journey?

Universiteit Gent
2024
Ruben
Coppens
Deze masterproef onderzoekt de invloed van virtual reality (VR) en augmented reality (AR) op de customer journey (CJ). De probleemstelling richt zich op hoe deze technologieën de interacties en ervaringen van klanten met bedrijven kunnen transformeren. De centrale onderzoeksvraag is: "Hoe kunnen Virtual Reality en/of Augmented Reality de customer journey beïnvloeden?"

Het onderzoek is gestart met een uitgebreide literatuurstudie om een theoretisch kader te bieden. Daarnaast is een kwalitatieve benadering gebruikt, waarbij semigestructureerde interviews zijn gehouden met zes experts in de sector. Tot slot is de data-analyse uitgevoerd met behulp van thematische analyse om patronen en inzichten te identificeren.

Uit het onderzoek blijkt dat VR en AR aanzienlijke voordelen bieden in alle fasen van de
customer journey, van bewustwording tot loyaliteit. VR biedt diepgaande immersieve
ervaringen, terwijl AR praktische en verbeterde interacties in de fysieke wereld mogelijk
maakt. Deze technologieën verbeteren de klantbeleving, verhogen de betrokkenheid en
kunnen leiden tot hogere conversiepercentages.

De conclusie van deze studie is dat VR en AR de potentie hebben om de gehele customer journey te transformeren door innovatieve en boeiende klantervaringen te bieden. De conclusie is daarom dat bedrijven die deze technologieën effectief implementeren, een concurrentievoordeel kunnen behalen en klanttevredenheid kunnen verhogen.
Meer lezen

Bepaling van kwaliteitsindicatoren voor opvolging van Diabetes Mellitus door de apotheker: een RAND-gemodificeerde Delphi methode

KU Leuven
2024
Laura
Christiaens
Diabetes Mellitus is een complexe aandoening die een multidisciplinaire aanpak vereist waarbij apothekers een belangrijke rol spelen. Kwaliteitsindicatoren en de combinatie hiervan met audit en feedback kunnen helpen om de zorg voor diabetespatiënten te verbeteren. Echter zijn de bestaande richtlijnen voor diabeteszorg door apothekers niet gevalideerd in België waardoor onmiddellijk gebruik als indicator niet mogelijk is. Dit onderzoek had als doel een set gevalideerde kwaliteitsindicatoren te ontwikkelen om de zorgkwaliteit door Belgische apothekers aan diabetespatiënten te evalueren. Met behulp van de RAND-gemodificeerde Delphi-methode werden aanbevelingen uit nationale en internationale richtlijnen beoordeeld door een multidisciplinair panel. Dit resulteerde in 14 procesindicatoren waarvan er momenteel 3 volledig te extraheren zijn uit het gedeelde farmaceutische dossier. Deze zijn gericht op vaccinatie, patiënteneducatie en levensstijlmanagement. Voordat de indicatoren in de praktijk kunnen worden uitgerold, zijn verdere implementatiestudies vereist.
Meer lezen

De meerwaarde van rooming-in op een acute psychiatrische afdeling

Erasmushogeschool Brussel
2024
Valérie
Demol
Deze scriptie gaat over het onderzoek naar de meerwaarde van het concept rooming-in op een acute, psychiatrische afdeling van een algemeen ziekenhuis voor zowel de patiënt, dienst context als de hulpverleners.
Meer lezen

Naar een recht op vrij verkeer voor personen die werden erkend als vluchteling in de EU?

Universiteit Antwerpen
2024
Adeodata
Kanyamihanda
Deze thesis ondezoekt de uitdagingen en mogelijkheden rondom het recht op vrij verkeer voor erkende vluchtelingen binnen de EU. De probleemstelling bevat de beperkingen van de Dublinprocedure, nationale drempels, beperkte mobiliteitsrechten en huidige nationale wetgeving van lidstaten die een overdracht van vluchtelingenstatus mogelijk maakt. De studie analyseert legale migratie voor derdelandsonderdanen in het kader van studies, economische activiteiten en gezinshereniging. Het pleit voor een uniforme vluchtelingenstatus in alle lidstaten, geldig in de hele EU, zodat zij vrij kunnen reizen. Ten slotte wordt er geevauleerd of een recht op vrij verkeer een oplossing biedt voor de tweede asielaanvragen van erkende vluchtelingen.


Meer lezen

THE REPARATION OF COLONIAL HARM: A Study of European State Practice

KU Leuven
2024
Nel
Christie
Deze thesis onderzoekt de complexiteit van de schade die Afrikaanse naties en hun volkeren is berokkend onder Europese koloniale regimes en het streven naar herstel voor dit historische onrecht en de voortdurende gevolgen ervan. Het doel is om te evalueren in hoeverre Europese initiatieven voor herstelmaatregelen een staatspraktijk zijn volgens de definitie van het internationaal recht. Drie essentiële vragen vormen de rode draad van dit onderzoek: 'Wat is koloniale schade? Welke vormen van herstel kunnen deze schade aanpakken? En welke initiatieven hebben Europese staten genomen? De bevindingen onthullen een gefragmenteerde respons die wordt ondersteund door morele erkenning, maar inconsistente actie. Hoewel er een groeiende erkenning is van de morele plicht om de koloniale erfenis aan te pakken, belemmert een gebrek aan consistentie de vorming van een echte staatspraktijk. Desalniettemin laat de voortschrijdende ethiek rond herstelmaatregelen een betekenisvolle verschuiving zien in de houding van Europese staten.
Meer lezen

Een cross-sectioneel onderzoek naar de persoonskenmerken bij eerste- en laatstejaarsstudenten verpleeg- en geneeskunde in Vlaamstalige onderwijsinstellingen.

Universiteit Antwerpen
2024
Joyce
Refuge
Deze masterproef onderzoekt de persoonskenmerken van eerste- en laatstejaarsstudenten verpleeg- en geneeskunde in Vlaanderen en de impact daarvan op interprofessionele samenwerking. Met een cross-sectioneel design werden persoonlijkheidskenmerken zoals neuroticisme, openheid en consciëntieusheid gemeten bij 659 studenten. Resultaten tonen dat verpleegkundestudenten hoger scoren op neuroticisme en lager op openheid dan geneeskundestudenten, wat invloed heeft op hun samenwerking en studiekeuze. Het onderzoek benadrukt het belang van zelfbewustzijn en persoonlijkheidskennis voor betere samenwerking in de gezondheidszorg en roept op tot meer gerichte onderwijsstrategieën om interprofessionele communicatie te verbeteren.
Meer lezen

Een snijdende vraag om hulp

Thomas More Hogeschool
2024
Kaat
Martien
Deze bachelorproef richt zich op het verkennen van de multidimensionale
aspecten van zelf verwondend gedrag bij adolescenten, met speciale
aandacht voor de rol van de omgeving en verpleegkundige in het bieden van
effectieve ondersteuning en preventie. Door een dieper inzicht te krijgen in dit
complexe fenomeen, kunnen er stappen gezet worden naar een meer
inclusieve en holistische benadering van de geestelijke gezondheidszorg voor
adolescenten. En wordt er hopelijk iets meer taboe doorbroken.
Meer lezen

Kan de overlevingsmodus van jongvolwassenen hersteld worden naar leven met perspectief? in het woonconcept Maison Segal, gedragen vanuit Nieuwe Autoriteit

Karel de Grote Hogeschool
2024
Eva
Janssens
Maison Segal is een kleinschalige woonvorm waarbij ik de doelgroep jongvolwassenen tussen 20 en 30 jaar verbind met de doelgroep jonge ouderen tussen 60 en 70 jaar.

Zo is Maison Segal de metaforische cocon waarin beide doelgroepen zich verwezenlijken. Ze vinden hier veilige ondersteuning en betrouwbare voeding om te vinden wie ze willen zijn als vlinder. Wanneer ze zich er klaar voor voelen als volgroeide vlinder, vliegen ze uit. Vol zelfvertrouwen tonen ze al hun pracht aan de wereld.
Meer lezen

Inclusiviteit in de gezondheidszorg

Odisee Hogeschool
2024
Valentina
Vicencio
  • Brent
    Buytaert
Dit literatuuronderzoek richt zich op de complexe kwesties rondom inclusiviteit binnen de gezondheidszorg, met bijzondere aandacht voor genderdiversiteit en zorg voor zorgvragers met een migratieachtergrond. Het identificeert de belemmeringen en barrières die deze zorgvragers ervaren en stelt strategieën voor waarmee zorgverleners deze uitdagingen kunnen aanpakken.
Een centrale rol is weggelegd voor verpleegkundigen, die door het bieden van persoonsgerichte zorg een cruciale bijdrage leveren aan het welzijn van zorgvragers. Dit onderzoek richt zich daarom op het verbeteren van zorgpraktijken door rekening te houden met wat voor zorgvragers belangrijk is en onderzoekt hoe deze benadering beter kan worden geïntegreerd in de dagelijkse praktijk.
Het literatuuronderzoek benadrukt het belang van systematische veranderingen in beleid en zorgpraktijk om de zorgkwaliteit voor diverse groepen te verbeteren. De nadruk ligt op opleiding en inclusiebeleid, maar het onderzoek mist contextuele relevantie voor België en Europa, evenals concrete implementatiestrategieën. Dit onderstreept de behoefte aan aanvullend lokaal onderzoek en praktische actieplannen.
Meer lezen

Federated Learning in Neuroimaging: Baanbrekende Voorspellende Modellen voor Hersenleeftijdsschatting

Vrije Universiteit Brussel
2024
Alvaro
Vargas Guerrero
Deze thesis onderzoekt de integratie van Federated Learning (FL) binnen het domein van het voorspellen van de hersenleeftijd met behulp van structurele Magnetic Resonance Imaging (MRI) scans. Door gebruik te maken van het FL-framework Flower stelt dit onderzoek medische instellingen in staat om samen voorspellende modellen te ontwikkelen en tegelijkertijd de gegevensprivacy te waarborgen en te voldoen aan regelgeving zoals GDPR en de California Consumer Privacy Act. Door domeinaanpassingstechnieken toe te passen om ervoor te zorgen dat de leeftijd op alle knooppunten vertegenwoordigd is, vermindert dit onderzoek de problemen die ontstaan door heterogene gegevensdistributies, waardoor de modelprestaties verbeteren. De bevindingen benadrukken de effectiviteit van het gebruik van voorgetrainde modellen, namelijk met algoritmen zoals FedProx, die cliëntdrift corrigeren en hun voordeel aantonen in scenario's met zeer scheve gegevensdistributies. Dit onderzoek onderstreept het potentieel van FL om competitieve modellen te produceren die geschikt zijn voor praktische toepassing in neuroimagingtaken. De implicaties reiken verder dan het voorspellen van de hersenleeftijd en suggereren bredere toepassingen in de gezondheidszorg, waar gegevensprivacy en samenwerkend leren cruciaal zijn. Deze thesis dient als een fundamentele inspanning, waarbij theoretische vooruitgang wordt samengevoegd met praktische toepassingen in de medische diagnostiek, en moedigt verdere verkenning en ontwikkeling in deze domeinen aan.
Meer lezen