Scriptiebank overzicht

De Vlaamse Scriptiebank is een vrij toegankelijke online databank. Deze bevat alle artikels en full text scripties van deelnemende bachelors en masters aan de

Tiener en Moeder

Arteveldehogeschool Gent
2024
Jennifer
Van Den Broecke
Het doel van deze bachelorproef is om aan de hand van een literatuurstudie te onderzoeken met welke specifieke negatieve fysieke, psychologische en sociale impacten tienermoeders mogelijks vaker te maken krijgen ten opzichte van oudere moeders. Vervolgens wordt er bekeken welke zaken het verlenen van optimale zorg voor deze doelgroep bemoeilijkt en hoe vroedvrouwen hun zorgverlening kunnen optimaliseren.
Meer lezen

Wegwijs in voeding: een historische analyse van voedingsvoorlichting in Vlaanderen sinds 1960

Hogeschool UCLL
2024
Ayla
Van den Eynde
  • Femke
    Moyens
Voeding is altijd een belangrijk onderdeel van mensen hun leven geweest en meer dan ooit is er nood aan concrete en betrouwbare informatie over voeding op maat van de consument. Adviezen over wat ‘gezonde voeding’ nu juist inhoudt en modellen die mensen visueel helpen om tot een gezond voedingspatroon te komen, worden al meerdere decennia gepubliceerd. In België werd het eerste officiële voorlichtingsmodel, het Klavertje Vier, in de jaren 1960 gepubliceerd en de daaropvolgende jaren veranderden voedingsvoorlichtingsmodellen drastisch. Het doel is te achterhalen hoe deze modellen zijn geëvolueerd tot de Voedingsdriehoek zoals we hem vandaag kennen. En te kijken op welke informatie de Belgische en later de Vlaamse overheid zich baseerde om deze modellen te creëren.
Aan de hand van een uitgebreide literatuurstudie zijn we allereerst op zoek gegaan naar de evolutie van de voedingswetenschap omdat dit de basis is van voedingseducatie en voorlichtingsmodellen. De kennisbank van het CAG en (achtergronddocumenten van) Gezond Leven brachten waardevolle informatie aan. Vervolgens onderzochten we de oorsprong van voedingseducatie waarbij het CAG en artikels gepubliceerd door Peter Scholliers en historische kookboeken zoals ‘Ons Kookboek’ interessante bronnen waren. Voor de evolutie van de modellen hebben we diverse bronnen geraadpleegd: websites, boeken en kookboeken... Ook hebben we Erika Vanhauwaert geïnterviewd, zij stond namelijk aan de basis van de ontwikkeling van de Voedingsdriehoek, waardoor ze waardevolle ongepubliceerde informatie kon geven. Krantenartikels uit De Standaard en HLN, gaven ons een breed beeld van wat de reactie was op de modellen door het algemene publiek en experten.
Voedingsvoorlichtingmodellen zijn vaak veranderd in Vlaanderen doorheen de jaren. Sinds het begin van voedingsonderzoek in de late 19e eeuw tot nu is voedingsvoorlichting geëvolueerd van simpele brochures en boekjes om deficiëntieziekten te voorkomen, naar visuele modellen op voedingsmiddelenniveau om welvaartsaandoeningen te voorkomen en naar modellen die een zo holistisch mogelijk beeld proberen te schetsen van voedingspatronen. Voedingsadviezen werden eerst door zowat iedereen verspreid, maar vandaag de dag houdt de overheid zich bezig met de publicatie van een eenduidig voorlichtingsmodel. Ook het doelpubliek waartoe de modellen zich richtten veranderde, eerst waren het vooral educatietools voor gezondheidsprofessionals, waarna ze meer en meer voor de algemene bevolking werden ontwikkeld. Het onderzoek dat voorafgaat aan de publicatie van de modellen wordt steeds uitgebreider met de jaren om zoveel mogelijk factoren te implementeren voor een zo integraal mogelijk beeld op gezondheid. Ondanks dit uitgebreid onderzoek stuiten de modellen echter steeds op kritiek en is het duidelijk dat modellen geregeld herzien en aangepast moeten worden om te blijven voldoen aan veranderingen in de maatschappij.
Voeding is een snel evoluerende wetenschap en van fundamenteel belang voor de algemene gezondheid. Uit het verleden leren we dat het belangrijk is om duidelijke en onderbouwde voedingsadviezen en voorlichtingsmodellen de wereld in te sturen die makkelijk te begrijpen zijn voor de algemene bevolking en aangepast worden op basis van de nieuwste wetenschappelijke consensus.
Meer lezen

De Digitale Spiegel: Exploratie van zelfstigma in online eetstoornisgemeenschappen - Een kwalitatieve verkenning van stigma binnen digitale omgevingen

KU Leuven
2024
Artemis
Devaux
Het onderzoeken van zelfstigma in online eetstoornisgemeenschappen is relevant vanwege de toenemende invloed van digitale platforms, waar mensen steun en erkenning zoeken. Het is essentieel om te begrijpen hoe zelfstigma zich ontwikkelt in deze online omgevingen, om effectieve interventies en ondersteuningsmechanismen te ontwikkelen die kunnen leiden tot stigmareductie. Deze studie maakt gebruik van een kwalitatieve, fenomenologische benadering om te onderzoeken hoe zelfstigma zich manifesteert in online eetstoornisgemeenschappen. Door middel van diepgaande interviews met leden van deze gemeenschappen en thematische analyse, werden patronen en thema's in hun ervaringen geïdentificeerd. Het onderzoek richtte zich op persoonlijke ervaringen met eetstoornissen, percepties van publieke stigma, sociaal isolement en de invloed van online gemeenschappen. De fenomenologische methode werd gekozen om subjectieve ervaringen vast te leggen en te begrijpen hoe individuen stigma waarnemen en internaliseren. De studie concludeert dat zelfstigma in online eetstoornisgemeenschappen een complex fenomeen is dat wordt beïnvloed door verschillende factoren zoals publieke stigma, trauma en de dynamiek van online interacties. Deze gemeenschappen spelen een dubbele rol, zowel steun biedend als mogelijk schade veroorzakend, afhankelijk van de aard van de interacties binnen deze platforms. De bevindingen suggereren dat interventies gericht op het verminderen van zelfstigma rekening moeten houden met de specifieke dynamiek van online gemeenschappen. Strategieën zouden het bevorderen van positieve, op herstel gerichte interacties kunnen omvatten en hulpmiddelen kunnen bieden om individuen te helpen kritisch om te gaan met online inhoud. Uiteindelijk kan een beter begrip van hoe zelfstigma zich ontwikkelt en wordt versterkt, leiden tot betere ondersteuningssystemen en het herstel van mensen met eetstoornissen bevorderen.
Meer lezen

Omzetting van geschreven cursus naar stripformaat ter vergemakkelijking van het verwerken van de leerstof voor de studenten met dyslexie: hepatitis B (HBV)

Universiteit Gent
2024
Yanaika
Hublou
In deze scriptie werd een onderdeel uit de cursus virologie (3e bachelor biomedische wetenschappen, UGent) omgezet naar stripformaat om leerlingen met dyslexie te helpen bij het studeren. De scriptie bestaat uit volgende onderdelen:
- Literatuuronderzoek: dyslexie, leesbaarheid van teksten (lettertype, vet drukken van tekst, hoofdlettergebruik, ...), lay-out die bevorderlijk is voor de leesbaarheid (bv. type papier, kleur van het papier, textuur, ...), geschiedenis en gebruik van stripverhalen.
- Toepassing van de literatuurstudie op het eindproduct.
- Omzetting van een deel van de cursus (bestaande uit PowerPointpresentaties) naar stripformaat. Hierbij werd gefocust op het behouden van de
leerstof, zonder de inhoud te vereenvoudigen.

Deze scriptie had aanvankelijk studenten met dyslexie op het oog als doelgroep, maar er werd al snel gemerkt dat dit werk mogelijks ook breder ingezet zou kunnen worden. Er wordt gehoopt de resultaten ook in te kunnen zetten voor studenten met ADHD, een OKAN-achtergrond, etc. en de doelgroep mogelijks ook uit te breiden met leerlingen uit het secundair onderwijs, patiënten, ...
Meer lezen

Spelen schermtijd en gering buiten spelen een rol in het optreden van bijziendheid bij schoolgaande kinderen: een systematische review

KU Leuven
2024
Tugba
SAHIN
Het gaat over welk mate er een associatie bestaat tussen overmatige schermtijd, meer activiteiten op korte afstand (lezen, studeren) en beperkte tijd buitenspelen en het ontstaan van bijziendheid in een populatie van schoolgaandekinderen.
Meer lezen

SME Adoption of Voluntary Environmental Actions

KU Leuven
2024
Joonatan
Van Eecke Laaksonen
Deze studie onderzoekt hoe de drijfveren en belemmeringen waarmee kleine en middelgrote ondernemingen (KMO’s) worden geconfronteerd bij het aannemen van vrijwillige milieumaatregelen de aard van hun adoptie beïnvloeden. Het onderzoek identificeert twee primaire adoptietypen: symbolisch, gekarakteriseerd door oppervlakkige milieumaatregelen, en substantieel, waarbij sprake is van een oprechte integratie van milieu relevante praktijken. Het onthult dat financiële en strategische motivaties, zoals groene premies, fiscale voordelen, merkondersteuning en klantvraag, cruciaal zijn voor het bevorderen van substantiële adoptie. In tegenstelling hiermee leiden barrières zoals lage environmental awareness en beperkte middelen vaak tot symbolische adoptie, met minimale impact tot gevolg.

Het herziene conceptuele model, ontwikkeld op basis van de bevindingen van de studie, benadrukt dat het aanpakken van economische beperkingen door middel van financiële prikkels en het verbeteren van environmental awareness kan bijdragen aan een diepere betrokkenheid. Ethische motivaties alleen zijn minder effectief zonder bijbehorende financiële of strategische voordelen. De studie draagt bij aan de bestaande literatuur door het begrip van KMO-milieumaatregelen te verfijnen en te suggereren dat substantiële adoptie waarschijnlijker is wanneer zowel financiële als strategische drijfveren aanwezig zijn, terwijl symbolische adoptie vaak voortkomt uit awareness- en resource belemmeringen.

Deze inzichten zijn cruciaal voor het afstemmen van toekomstig onderzoek en praktische interventies gericht op het verbeteren van de betrokkenheid van KMO’s bij milieumaatregelen. Verbeterde awareness en gerichte prikkels kunnen KMO’s ondersteunen bij de overgang van symbolische naar substantiële adoptie, waardoor hun duurzaamheidsinspanningen beter in lijn komen met hun bedrijfsdoelstellingen.
Meer lezen

ZIEKTEKOSTSTUDIE VAN EPIDERMOLYSIS BULLOSA

Universiteit Gent
2024
Stefanie
Mot
EB is een zeldzame erfelijke aandoening die de huid en slijmvliezen aantast, gekenmerkt door extreme gevoeligheid voor blaarvorming, zelfs bij het minste contact. Dit leidt tot het poëtische label "vlinderkindjes" voor jonge patiënten, verwijzend naar de delicate aard van hun huid. Met een incidentie van slechts zes gevallen per jaar in België en ongeveer vijfhonderdduizend getroffen individuen wereldwijd, is EB een zeldzame aandoening, waarvoor momenteel geen afdoende behandeling bestaat.

Deze masterproef onderzoekt de totale kosten van de behandeling van EB, een terrein dat in België nog grotendeels onbekend is. Door een ziektekoststudie uit te voeren, beoogt het onderzoek niet alleen de financiële last voor patiënten in kaart te brengen, maar ook de factoren die deze kosten beïnvloeden. Dit is cruciaal omdat onwetendheid over de kosten een vertekend beeld geeft van de levenskwaliteit. Een correcte begeleiding van patiënten vereist minstens dat we een realistisch beeld hebben van de kosten.

De studie, op vraag van Debra Belgium, belicht niet alleen de financiële impact van EB, maar benadrukt ook het belang van passende terugbetaling en beleidsmaatregelen. EB vraagt een multidisciplinaire benadering en intensieve dagelijkse verzorging, wat resulteert in aanzienlijke directe medische kosten, zoals verbanden en ziekenhuisopnames. Daarnaast zijn er directe niet-medische kosten, zoals aanpassingen aan leefomgevingen, en indirecte kosten, zoals inkomensverlies door verminderde werkcapaciteit.

Uit de studie blijkt dat de totale jaarlijkse medische kosten per patiënt hoog zijn met een gemiddelde jaarlijkse medische kost van 9 044,51 euro en een gemiddelde niet-medische kost van 13 120,25 euro. Een groot deel van de kosten komt op de schouders van de patiënten terecht. Dit onderstreept de nood aan een ruimere terugbetaling via het RIZIV.
Naast de strikt financiële ondersteuning is er ook nood aan een inclusief beleid voor zeldzame ziekten en ondersteuning voor mantelzorgers. Door gerichte conventies voor EB-patiënten te implementeren, kan het RIZIV een actievere rol spelen in het verbeteren van de toegang tot betaalbare zorg. Dit onderzoek draagt bij aan een beter begrip van de totale kosten van EB en benadrukt het belang van financiële ondersteuning voor EB-patiënten en hun families.
Meer lezen

Do we care about lens care?

Odisee Hogeschool
2023
Sien
Vander Beken
Contactlenzen zijn vaak gebruikte medische hulpmiddelen. Deze kunnen via de oogarts of paramedicus worden voorgeschreven en aangemeten. Contactlenzen zijn tevens vrij in optiekzaken en drogisterijen te verkrijgen. Eender wie kan contactlenzen aankopen zonder enige controle van type of sterkte. Aangezien contactlenzen makkelijk verkrijgbaar zijn, krijgt niet iedereen een goede voorlichting over het correcte gebruik en onderhoud ervan. Dragers die wel duidelijke richtlijnen krijgen, vergeten deze vaak of leven ze bewust niet na. Deze bachelorproef geeft een inzicht in de do’s en don’ts bij het dragen en verzorgen van contactlenzen en hoe een app de lensdragers kan helpen bij het dragen en onderhouden van hun contactlenzen. De grootste uitdaging voor de contactlensindustrie is het behouden van het algemeen comfort voor de contactlensdragers zodat het aantal drop-outs beperkt blijft.
Meer lezen

Hoe zetten we in op het preventief informeren over rouw en verlies binnen het lager onderwijs bij kinderen van 6-9 jaar?

HOGENT
2023
Maïté
Impens
  • Lies
    De Galan
Binnen deze scriptie wordt het belang van een preventieve werking omtrent rouw en verlies bij lagere school kinderen weergegeven. Preventief werken rond rouw en verlies is niet vanzelfsprekend. Om die reden bevat deze scriptie een zelfgemaakt lespakket met als doel de leerkrachten in staat te stellen het onderwerp bespreekbaar te maken binnen de lagere school. Meer specifiek is er een handleiding voor de leerkracht, een werkschrift en verhaal voorzien.
Meer lezen

Menstruatie?! De schaamte voorbij, verhoog de kennis.

Erasmushogeschool Brussel
2022
Ellen
Pouleyn
Menstruatie?! De schaamte voorbij, verhoog de kennis.
Meer lezen

Long covid en de invloed van voeding/gezonde levensstijl factoren

Hogeschool UCLL
2022
Marthe
Janssens
  • Silke
    Waegemans
  • Julie
    Van Thielen
COVID-19 is een infectieziekte, die wordt veroorzaakt door het SARS-CoV-2-virus (severe acute respiratory syndrome coronavirus 2). Bovendien lijden sommige patiënten aan langdurig aanslepende klachten van COVID-19, ook gekend als long covid, en anderen niet. Eveneens zonder aantoonbare oorzaken en onvoldoende overeenkomsten in onderzoeken om conclusies te trekken. Om meer inzicht te krijgen in long covid en in kaart te brengen of voeding/gezonde levensstijl factoren een rol spelen bij het ontwikkelen en behandelen van de ziekte, werd onderzoek uitgevoerd in samenwerking met de Belgische patiëntenvereniging, zoals beschreven in deze scriptie.
Meer lezen

Ervaringen van mondhygiënisten in Vlaanderen omtrent hun professionele activiteiten: een kwalitatief onderzoek

Arteveldehogeschool Gent
2022
Sarah
Van Den Berghe
Een kwalitatief onderzoek over de ervaringen van Vlaamse mondhygiënisten hun werkomstandigheden.
Op basis van één-op-één semigestructureerde interviews werd een steekproef van veertien mondhygiënisten bevraagd over zes thema's, waaronder werksetting en takenpakket.
Meer lezen

Prestatiedruk op de werkvloer bij 18- tot 30-jarigen in HR-functies

Arteveldehogeschool Gent
2022
Ianne
Verbeke
  • Julie
    Allemeersch
  • Rebecca
    Demunter
  • Charlotte
    Verckens
Prestatiedruk, het is iets waar bijna iedereen last van heeft. Hier lees je meer over de oorzaken, gevolgen en mogelijke oplossingen.
Meer lezen

Effect van de epidurale anesthesie op borstvoeding

Erasmushogeschool Brussel
2022
Nisrine
Amrani
Effect van de epidurale anesthesie op borstvoeding na een vaginale bevalling
Auteur: Amrani Nisrine
Interne promotor: Vermeulen Joeri
Externe promotor: Debonnet Serena
Introductie:
Het doel van deze bachelor proef is om na te gaan welk effect de epidurale anesthesie heeft
op de start van de borstvoeding na een vaginale bevalling. Het praktijkdeel richt zich op wat
de ervaringen zijn van zorgverleners die dagdagelijks met de materniteit in aanraking komen.
Methode:
Om dit literatuuronderzoek uit te voeren werd beroep gedaan op Pubmed en EhBIB Search.
De artikels werden op basis van abstractie en “levels van evidence” gekozen. Voor het
praktijkdeel werden er zes interviews afgenomen bij zorgverleners.
Resultaten:
Door de epidurale anesthesie te gebruiken als interventie op de baringspijn, zien we dat dit
een effect heeft op het opstarten van de borstvoeding. Eveneens gaat de epidurale anesthesie
ook de Fergussonreflex negatief beïnvloeden. De epidurale anesthesie in combinatie met
synthetische oxytocine gaat ook het gedrag van de pasgeborene beïnvloeden.
Discussie/besluit:
Om het effect van de epidurale anesthesie beter te begrijpen zouden er meer studies moeten
plaatsvinden. Ook is het niet altijd duidelijk of de gevolgen plaatsvinden omwille van de
epidurale anesthesie of door de synthetische oxytocine, die tegelijkertijd aanwezig is.
Sommige artikels spreken elkaar tegen of geven tegenstrijdige informatie.
Er wordt evenwel geconstateerd dat de epidurale anesthesie een effect zou hebben op de
start van de borstvoeding.
Meer lezen

Let’s talk about sex

Thomas More Hogeschool
2022
Chris
Maes
De scriptie bevat een informatieve bundel voor hulpverleners over adolescenten met autisme en seksualiteit.
Het weergeeft de mogelijke gevolgen bij een gebrek aan seksuele kennis.
Tot slotte toont het een prototype die dit probleem aanpakt.
Meer lezen

De roze wolk, schijn bedriegt: De betrokkenheid van de vroedvrouw bij postpartum psychosen

Thomas More Hogeschool
2021
Sophie
Van hoof
We zijn op de hoogte van de screenings- en behandelingsmethodes voor een postpartum depressie maar hoe zit het met deze voor een postpartum psychose? Deze aandoening kan tenslotte ook optreden en ook deze vrouwen hebben recht op kwaliteitsvolle zorg, zorgverlening die zich specifiek focust op hun noden en behoeften. Ik wil met andere woorden voor de vroedvrouwen van de toekomst trachten een overzicht te schetsen van hoe om te gaan met deze diagnosestelling.
Meer lezen

De positieve kanten van seks onder schoolstoelen en -banken geschoven? Een kwalitatief onderzoek naar een seks-positieve benadering binnen RSV in aso-scholen in Vlaanderen

KU Leuven
2020
Silke
Van dijck
Een seks-positieve benadering erkent, naast de risico's en gevaren die met seksualiteit gepaard gaan, ook thema's zoals diversiteit, consent, vrijheid en seksueel genot. Uit analyse van de Vlaamse eindtermen voor het aso-onderwijs blijkt dat de eigenschappen van deze benadering slechts beperkt aan bod komen. Leerkrachten onderschrijven wel al heel wat elementen van deze benadering en zien het als een potentiële basis voor seksuele en relationele vorming in de toekomst.
Meer lezen

Relationele en seksuele voorlichting bij anderstalige nieuwkomers

Arteveldehogeschool Gent
2019
Samy
Meziani
  • Anne-Lien
    De Ridder
In deze scriptie kan je lezen hoe je relationele en seksuele voorlichting kan geven aan anderstalige nieuwkomers. Deze scriptie bevat ook het materiaal om deze lessen te geven.
Meer lezen

Technology adoption in smallholder cassava production: insights from a choice experiment in Tanzania

KU Leuven
2019
Audrey
Vanderghinste
Hoe kunnen we advies over nieuwe technologieën in kleinschalige cassava productie in Tanzania zo personaliseren, dat de boeren het advies ook gaan opvolgen?
Meer lezen

Het penitentiair verlof: theorie vs. praktijk

Hogeschool UCLL
2019
Eilan
Bergs
Deze scriptie heeft tot doel om een vergelijking te maken tussen hoe de procedure tot toekenning van het
penitentiair verlof is en hoe deze in praktijk effectief verloopt. Er wordt bijgevolg een globaal beeld van de procedure geschetst, vanuit de standpunten van de verschillende actoren opdat het voor de lezer duidelijk zou worden hoe deze functioneert, wie betrokken is en welke afwegingen en beslissingen deze betrokken actoren dienen te maken.
Meer lezen

De impact van het front-of-pack Nutri-Score voedingslabel op de gezondheidsperceptie en aankoopintentie: een vergelijking tussen A-merken en Private Labels

Universiteit Gent
2019
Eva
Heeremans
De invloed van de Nutri-Score op de gezondheidsperceptie en de aankoopintentie wordt nagegaan aan de hand van een online enquête bij Vlaamse volwassenen. Uit dit onderzoek blijkt dat consumenten de gezondheid van producten beter kunnen inschatten en dat ze de intentie hebben om meer gezonde producten te kopen onder invloed van de aanwezigheid van de Nutri-Score. Verder worden eventuele invloeden van het soort merk waarop de Nutri-Score geplaatst wordt onderzocht. Er konden echter geen significante verschillen gevonden worden tussen A-merken en private labels. Hoe dan ook zijn de resultaten veelbelovend en dit maakt de Nutri-Score op dit moment een waardig kandidaat om als enig verplicht Europees front-of-pack voedingslabel ingevoerd te worden.
Meer lezen

Diagnose coloncarcinoom en het verlammend effect op patiëntgerichte communicatie

Thomas More Hogeschool
2018
Debbora
Steemans
Een scriptie over kanker en communicatie. Want wat zeg je tegen iemand die kanker heeft? Evidence-based theorie en een zakboekje als educatiemiddel.
Meer lezen

Wat zijn de determinanten van social freezing bij Belgische vrouwen en hoe kan de vroedvrouw hier een rol in spelen?

Hogeschool VIVES
2017
Megan
Dhelft
  • Liese
    Deslee
Social freezing is het laten invriezen van eicellen omwille van niet medische redenen. Wij waren nieuwsgierig in welke mate het onderwerp bekend is bij de medemens. We hebben dit onderzocht binnen ons praktijkdeel aan de hand van enquêtes die werden verspreid via sociale media.
Meer lezen

The awareness of aphasia in Flanders

Universiteit Gent
2016
Eline
De Coninck
  • Leonie
    Vercruysse
Wat weet de Vlaamse bevolking van afasie? 1518 personen werden geïnterviewd in 10 Vlaamse winkelstraten. Daaruit bleek dat 21,8% van de Vlaamse bevolking reeds van afasie had gehoord maar slechts 11,0% had ook basiskennis omtrent afasie. In de toekomst zijn bewustwordingscampagnes nodig om de notie van afasie bij de Vlaamse bevolking te verhogen gezien een hoger publiek bewustzijn zorgt voor een hogere QoL van afasiepatiënten.
Meer lezen

... Lastige letters ... Springende cijfers ...

HOGENT
2016
Jana
Mombaerts
Hoe kan ik binnen een remediërende studiecoaching dienst psycho-educatie aanbieden aan jongeren tussen twaalf en achttien jaar met dyslexie en/of dyscalculie?
Meer lezen

Omgaan met zelfverwijzers

Odisee Hogeschool
2016
Antonetta (Nicole)
Vanlaerhoven
Gedragsdeterminantenanalyse voor zelfverwijzend gedrag, dmv literatuurstudie. Gevonden factoren worden geplaatst in het ASE-model en getoetst via praktijkstudie.
Meer lezen

Dekking in de tijd in de aansprakelijkheidsverzekering

Universiteit Antwerpen
2016
Cindy
Cornelis
Het principe van de dekking in de tijd in de aansprakelijkheidsverzekering wordt, rechtsvergelijkend, onderzocht waarbij wordt nagegaan welke systemen worden toegepast, wat deze systemen inhouden, de geoorloofdheid ervan, in welke mate men ervan kan afwijken, wat de problemen zijn bij overgang van het ene naar het andere systeem en welke knelpunten kunnen vastgesteld worden in de Belgische regeling.
Meer lezen

(Samen) Online Ziek; Een exploratief onderzoek naar de manier waarop het geconfronteerd worden met reumatische aandoeningen betekenis krijgt, gerelateerd aan sociale-media-ervaringen

Universiteit Gent
2016
Tom
Van Ransbeeck
Een diepgaande analyse van de processen die ertoe leiden dat mensen door online participatie in staat worden gesteld om hun eigen reumatische aandoening succesvol een plaats te geven in hun leven.
Meer lezen

Het bijzondere dyslexiebeest. De theorie en praktijk van psycho-educatie aan lagere schoolkinderen met dyslexie

Thomas More Hogeschool
2016
Liesy
Nelissen
Deze scriptie belicht de verschillende doelen, werkvormen en methodes, betrokken partijen, bestanddelen en lacunes van psycho-educatie aan lagere schoolkinderen met dyslexie. Daarnaast gaat de scriptie in op de benodigde aspecten van een voorlichtingsfilm voor deze doelgroep
Meer lezen

kwalitatieve procesevaluatie van een moestuinproject op school

Universiteit Gent
2015
Nele
Huys
Kinderen worden groentenexperts: een moestuin op schoolEet uw kind voldoende groenten? En hebt u een idee over hoeveel groenten uw kind zou moeten eten? Er bestaat een grote kans dat u op beide vragen negatief zal antwoorden. VIGeZ (Vlaams Instituut voor Gezondheidspromotie en Ziektepreventie) die expert is op het vlak van o.a. gezonde voeding beveelt aan om minstens twee porties groenten per dag (300g) te eten. Uit onderzoek is gebleken dat slechts 27% van de kinderen tussen 6 en 14 jaar deze norm ook behalen.
Meer lezen