Scriptiebank overzicht

De Vlaamse Scriptiebank is een vrij toegankelijke online databank. Deze bevat alle artikels en full text scripties van deelnemende bachelors en masters aan de

Nee is Nee

VIVES Hogeschool
2022
Dahlia
De Winter
  • Jana
    Dekeyser
  • Febe
    Janssens
  • Iggy
    Vancraeyveldt
  • Laïsa
    Wyseur
  • Manon
    Cloet
  • Laura
    Platteeuw
  • Axana
    Thybaut
Genomineerde longlist Klasseprijs
Ons eindrapport gaat over seksueel grensoverschrijdend gedrag. Hier zijn we aan de slag gegaan met literatuurstudie, kwalitatief onderzoek en het uitwerken van de toolbox.
Meer lezen

Escape The Web

VIVES Hogeschool
2022
Sarah
Vermeulen
  • cvo
    MIRAS
Voor deze bachelorproef werkten we samen met het Centrum voor Volwassenenonderwijs MIRAS te Kortrijk. Cvo MIRAS wilde cursisten sensibiliseren en in beweging zetten met betrekking tot het thema armoede en sociale uitsluiting. Ze stelden ons de vraag om een activerende methodiek te ontwikkelen om cursisten bewust te maken van de armoedeproblematiek.
Meer lezen

Inbreng en waardering van schenkingen: impact wet 31 juli 2017

UC Leuven-Limburg
2022
Fien
Geuten
  • Fien
    Geuten
Wie een schenking wil doen, kan best rekening houden met de hervorming van de erfwet van 31 juli 2017, indien er reeds eerdere rechtsfeiten hebben plaatsgevonden vóór de inwerkingtreding. Bij mijn stageplaats kreeg ik te maken met een situatie waarbij de doorwerking in tijd van de regelgeving omtrent de inbreng van zeer groot belang was. De situatie had betrekking op de vereffening van een huwgemeenschap, alsook de vereffening van een opengevallen nalatenschap van vóór de inwerkingtreding in 2018 en één van na de inwerkingtreding. De echtgenoten hadden bij leven samen schenkingen gedaan aan de kinderen, waardoor zowel het oude als het nieuwe erfrecht van toepassing is.

De voormelde situatie komt vaker voor en met mijn bachelorproef poog ik een oplossing aan te reiken voor notarissen die met dergelijke situaties geconfronteerd worden. Het onderscheid tussen de oude en nieuwe inbrengregeling is namelijk in de eerste plaats voor hen van groot belang.

Ik leg een bijzondere focus op de knelpunten die ontstaan door de oude en nieuwe regelgeving wat betreft de regels omtrent inbreng. Vervolgens ga ik over tot het bespreken waarom de wet van 31 juli 2017 is doorgevoerd en wat de wetswijziging nu precies inhoudt.

Ik haal aan wat de meest belangrijke wijzigingen zijn geweest met betrekking tot de inbreng en waardering van schenkingen. Dan ga ik over tot de inbreng in het algemeen. Hierin vermeld ik wat de inbreng is, wie tot de inbreng gehouden is en wie de inbreng kan vorderen alsook de uitzonderingen hierop. Bovendien bespreek ik de waardering van in te brengen schenkingen. Hier zal ik een onderscheid tussen de oude regelgeving en de nieuwe regelgeving maken. Dit laatste punt vormt de kern van mijn bachelorproef en hier zal ik dus uitgebreid op in gaan. Ten slotte ga ik nog wat dieper in op de informatie -en adviesplicht van de notaris bij een vereffening-verdeling.

Om mijn paper te ondersteunen, heb ik de visie van een aantal notarissen en medewerkers gevraagd. Ik heb hun mening gevraagd omtrent de indexering die geldt onder de nieuwe waarderingsregeling en of dit de waardeschommelingen wel voldoende compenseert. Bovendien heb ik de vraag gesteld hoe ver hun informatieplicht gaat ten opzichte van de cliënt.
Meer lezen

Handvaten voor een aangename sfeer tijdens eetmomenten bij personen met autisme

Arteveldehogeschool Gent
2022
Bo
Loris
Een onderzoek naar een aangename sfeer tijdens eetmomenten bij personen met autisme. Wegens schaars onderzoek naar dit topic en de praktijknood aan handvaten om eetmomenten optimaal te laten verlopen bij personen met autisme is dit onderzoek ontstaan.
Meer lezen

How Does Turkey as an Awkward Middle Power Challenge the EU’s Hegemony in the Western Balkans?

Vrije Universiteit Brussel
2022
Haci Ahmet
Unlu
Mijn scriptie maakt deel uit van de internationale betrekkingen literatuur en focust op hoe Turkije als een Awkward Middle Power de EU-gedomineerde status quo in de Westelijke Balkan trotseert.
Meer lezen

Ruimtelijke ingrepen voor de reductie van luchtvervuiling en blootstelling in street canyons: case study Belgiëlei

Universiteit Antwerpen
2022
Laura
Adams
Genomineerde longlist mtech+prijs
Verschillende ruimtelijke ingrepen, welke inzetten op de verbetering van de luchtkwaliteit en de vermindering van blootstelling aan polluenten in street canyons, worden allereerst gebundeld binnen een overzichtelijke toolbox. Vervolgens worden deze tools via ontwerpend onderzoek toegepast op een representatieve case, de Belgiëlei, waarbij scenario's inzetten op pollutie captatie, -ventilatie, blootstellings-reductie en haalbaarheid. De toolbox en de scenario's vormen een eerste belangrijke stap richting de meer praktische aanpak van street canyons.
Meer lezen

Zelfmanagement bij hartfalen

Thomas More Hogeschool
2022
Sophie
Geens
Hartfalen is een klinisch syndroom waarbij de pompfunctie van het hart van de patiënt tekort gaat schieten. Door de vergrijzing van de bevolking zal de prevalentie van deze aandoening alleen maar stijgen. In België lijdt naar schatting 4% van de bevolking hieraan. Er lijden 200.000 mensen aan hartfalen. De levenskwaliteit zal dalen op verschillende vlakken, zowel op het sociale aspect als op het psychisch en lichamelijke aspect. Leefstijlinterventies zijn cruciaal om de impact van hartfalen op het dagelijkse leven en complicaties van de ziekte te verminderen. Deze interventies gaan over de inname van medicatie, het aanpassen van de voeding en het opvolgen van het gewicht. Bij therapieontrouw van medicatie gaan de klachten verergeren. Als de patiënt zich niet houdt aan de vochtbeperking, zal de vochtretentie en stuwing niet minderen. De lichamelijke activiteit gaat zorgen voor een betere inspanningstolerantie. Het is van groot belang dat de kortademigheid en de vermoeidheid afnemen. Er moet ingezet worden op therapietrouw van zowel medicatie als dieet. Vaak is dit voor patiënten zeer complex en gebeuren hier regelmatig fouten op. Dit kan verklaard worden doordat in de medische zorg de focus ligt op de farmacologische therapieën in plaats van op het ondersteunen van de patiënten bij gedragsverandering.

Vraagstelling: Literatuurstudie naar hoe zelfmanagement bij patiënten met hartfalen in de thuissituatie door eerstelijnsverpleegkundigen bevorderd kan worden.

Zoekstrategie: Tussen 4 oktober en 7 mei werd er een literatuurstudie uitgevoerd met behulp van volgende gecomputeriseerde databanken: PubMed, UpToDate, Google Scholar, Nature, ScienceDirect en Springerlink. De zoektocht leverde in totaal 41 artikels op waaronder 26 reviews, 5 richtlijnen, 1 secundaire kwalitatieve analyse, 1 kwalitatieve studie en 8 tijdschriften.

Resultaten: Uit een literatuurstudie is gebleken dat mHealth-apps een positieve invloed hebben in de eerstelijnszorg, de zorgkosten en de levenskwaliteit. Patiënten gaan op een actievere manier hun gezondheid in eigen handen nemen. Zelfmanagementgedrag wordt beïnvloed door de leeftijd, de comorbiditeit, de functionele/emotionele en economische status. Het prototype HeartCheck wil de competenties van de zorgvragers verhogen door op verschillende factoren in te spelen. Deze competenties gaan over communicatie, aandacht voor de mentale en fysieke toestand, adaptatie aan ziektesymptomen en integratie in de maatschappij. Wederzijds vertrouwen tussen de patiënt en zorgverlener is hierbij essentieel.

Conclusie: Zonder effectief management zal de levenskwaliteit van de patiënt met hartfalen verslechteren. Voor de zorgverleners bieden mHealth-interventies de mogelijkheid om bijwerkingen te monitoren en verbeterpunten te identificeren. Ook de vrijheid en draagbaarheid van mobiele apparaten bieden een enorm potentieel aan patiënten en zorgverleners. Er kan gesteld worden dat gepersonaliseerde zorg door de app een meerwaarde vormt voor patiënten met hartfalen binnen een bestaand zorgplan. Elke patiënt heeft specifieke zorgvragen die niet alleen bepaald worden door de mate van de ernst en het type van HF maar ook door de individuele vaardigheden en context van de patiënt.


Meer lezen

Academisch optimisme door de bril van de attributietheorie

Universiteit Antwerpen
2022
Ruben
Vanrusselt
Genomineerde shortlist Klasseprijs
Kwalitatief onderzoek naar de manier waarop leerkrachten een hoge of lage mate van academisch optimisme verklaren en hoe zij deze oorzaken attribueren.
Meer lezen

Een beroep op het zwijgrecht: fundamenteel recht van verdediging of mes in eigen rug?

Universiteit Antwerpen
2022
Camille
De Ridder
Aan de hand van een literatuuronderzoek en een empirisch onderzoek werd onderzocht of rechters het zwijgen door verdachten (mogen) meenemen in de straftoemeting. Enerzijds werd nagegaan in hoeverre zwijgen juridisch gezien consequenties mag hebben in de fase van de straftoemeting (law in the books). Of anders gesteld: zijn er juridische beperkingen aan het zwijgrecht? Anderzijds werd onderzocht of rechters zich in de praktijk kunnen houden aan deze beperkingen en of zij niet verder gaan dan juridisch voorzien (law in action).
Meer lezen

Identificatie van Ascarophis sp. in Scorpaena porcus door morfologische analyse

VIVES Hogeschool
2022
Matisse
Decaluwe
24 Scorpaena porcus stalen werden onderzocht op de aanwezigheid van nematodes, meer specifiek Ascarophis sp. De identificatie van Ascarophis sp. leidde tot de ontdekking van de aanwezigheid van Ascarophis filiformis samen met een nieuwe gastheer en locatie.
Meer lezen

Geldt een pandemie als overmacht in het verbintenissenrecht

Universiteit Antwerpen
2022
Caro
Stuer
1. Het uitgangspunt is dat een overeenkomst die geldig wordt aangegaan, de partijen tot wet strekt. Een pandemie kan daar een voorbeeld van zijn een omstandigheid die het moeilijk of onmogelijk maakt een verbintenis na te komen. Overmacht zou ervoor kunnen zorgen dat een schuldenaar wordt bevrijd van zijn contractuele verbintenis.
2. Om na te gaan of er in de context van de coronacrisis sprake is van overmacht, dient in de eerste plaats te worden nagegaan of er sprake is van een toestand waarbij de schuldenaar kampt met een financieel onvermogen. In de meeste gevallen is dit in het kader van een handelshuurovereenkomst.
Luidt het antwoord positief, dan kan men er kort over zijn. De kans is groot dat de rechter de rechtsgrond overmacht niet zal aanvaarden. De meerderheid en de meest recente rechtspraak verwijst naar het cassatiearrest van 28 juni 2018. Het Hof van Cassatie aanvaardt namelijk niet dat financieel onvermogen een kwalificatie tot overmacht rechtvaardigt. Het Franse Hof van Cassatie aanvaardt dit evenmin.
Luidt het antwoord daarentegen negatief en is er geen sprake van een financieel onvermogen in hoofde van de schuldenaar, dan dient te worden nagegaan of aan de toepassingsvoorwaarden van overmacht is voldaan.
3. Er moet bij elke met corona verband houdende situatie geval per geval, sector per
sector, contract per contract worden nagegaan of er sprake is van overmacht.
Een schuldenaar moet zich ingevolge de coronacrisis in de onmogelijkheid bevinden de verbintenis na te komen en de contractuele fout dient ontoerekenbaar te zijn. Er is nog discussie over de vraag of het nu gaat om een absolute of een relatieve onmogelijkheid. De contractuele wanprestatie dient onvoorzienbaar en onvermijdbaar te zijn.
Indien aan de toepassingsvoorwaarden van overmacht niet voldaan is, dan is er geen sprake van overmacht. Er kan dan worden onderzocht of er beroep kan worden gedaan op de alternatieven van overmacht: de wijziging van de overeenkomst, de ontbinding, contractuele clausules of de uitvoering te goeder trouw.

4. Het eerste alternatief voor overmacht is de wijziging van de overeenkomst.
Een contract kan alleen gewijzigd of opgezegd worden mits wederzijdse toestemming van de partijen of op grond van de wet. Dit standpunt wordt gevolgd in het Franse recht en in het nieuwe Burgerlijk Wetboek.
5. Het tweede alternatief is de ontbinding van de overeenkomst. Wanneer de gedwongen uitvoering niet mogelijk is, kan er een keuze gemaakt worden tussen: de gerechtelijke ontbinding, de ontbinding op kennisgeving of het uitdrukkelijk ontbindend beding.
De ontbinding op kennisgeving werd recentelijk erkend door cassatierechtspraak en zal in het nieuwe Burgerlijke Wetboek een wettelijke grondslag krijgen. De ontbinding op kennisgeving is wellicht geïnspireerd op het Franse recht. Er dient bij een ontbinding op kennisgeving sprake te zijn van een wederkerig contract, een voldoende gekwalificeerde schending, een ingebrekestelling en een kennisgeving van de beslissing van de schuldeiser aan de andere contractspartij. Het klassieke voorbeeld van een wanprestatie is de niet-betaling van de huurgelden. Wanneer overmacht kan worden vastgesteld, zal er niet aanvaard worden dat er sprake is van een wanprestatie die de ontbinding rechtvaardigt.
6. Het derde alternatief voor overmacht zijn de contractuele clausules. Deze clausules zijn mogelijk nu het verbintenissenrecht van aanvullend recht is. Enerzijds zijn er de overmachtsclausules en anderzijds de imprevisieclausules. In zo een clausule kunnen contractspartijen bedingen welke omstandigheden in aanmerking komen als overmacht of imprevisie en wat de gevolgen zijn van deze kwalificatie op hun contract. Partijen kunnen dus zelf overeenkomen in welke mate een pandemie een impact zal hebben op hun overeenkomst.
In Frankrijk zijn contractuele clausules eveneens mogelijk.
7. Het vierde en laatste alternatief dat in deze thesis wordt voorgesteld voor overmacht, is de uitvoering te goeder trouw.
Er kunnen op grond van de aanvullende werking van de goede trouw bijkomende verbintenissen worden opgelegd aan partijen. Zo dienen de contractspartijen er zich van te onthouden de nakoming van de verbintenis door de wederpartij te bemoeilijken in de context van een pandemie. Er kan ook de verplichting worden afgeleid om bijkomende contractuele regelingen te treffen met het oog op de goede afloop van de basisovereenkomst. Ook het Franse recht en het nieuw Burgerlijk Wetboek geven deze betekenis aan de aanvullende werking van de goede trouw. Een contractspartij die zich in een situatie van overmacht bevindt, kan worden verhinderd zijn verplichtingen te goeder trouw na te komen. Vaak is een onderhandelde oplossing wel opportuun. Zo kan een betalingsuitstel, afbetalingsregeling of een prijsvermindering worden voorgesteld.
Het is bij de matigende werking en bij rechtsmisbruik aan een contractpartij verboden de haar uit de overeenkomt voortvloeiende rechten uit te oefenen op een manier die in strijd is met wat van een redelijke contractpartij mag worden verwacht. Wie in het kader van de coronacrisis de nakoming zou blijven eisen van een ingrijpend gewijzigde overeenkomst, kan zich schuldig maken aan rechtsmisbruik. De schuldenaar dienst daarnaast loyaal redelijke maatregelen te nemen die de schade van de niet-nakoming kunnen matigen of beperken. Deze redenering is in het Franse recht en het nieuw Burgerlijk Wetboek terug te vinden. Het ontbreken van een onderhandelde oplossing, zoals een betalingsuitstel, een afbetalingsregeling of een prijsvermindering, kan leiden tot rechtsmisbruik. De matigende werking staat de toepassing van de risicotheorie in geval van overmacht echter niet in de weg.
8. Imprevisie kan niet als alternatief worden gebruikt voor overmacht in het Belgische recht. Bij imprevisie is er, in tegenstelling tot bij overmacht, sprake van omstandigheden die de uitvoering van de overeenkomst bijzonder moeilijk of aanzienlijk zwaarder maken voor (één van) de partijen. De coronacrisis kan daar een voorbeeld van zijn. De imprevisieleer beoogt een heronderhandeling van de overeenkomst tussen de partijen. Noch het Burgerlijk Wetboek, noch het Hof van Cassatie en noch andere (corona)rechtspraak aanvaarden de imprevisieleer.
De bindende kracht van een overeenkomst blijft het uitgangspunt. Het Franse recht en het nieuwe Burgerlijk Wetboek aanvaarden de imprevisieleer wel.
Partijen kunnen wel steeds een contractuele imprevisieclausule opnemen. De imprevisieleer kan ook min of meer het recht binnensluipen via enerzijds de matigende werking van de goede trouw en de leer van het verbod op rechtsmisbruik en anderzijds door een soepele invulling van het overmachtsbegrip.
We hebben de imprevisieleer niet kunnen gebruiken tijdens de coronapandemie.
Mocht het nieuw Burgerlijk Wetboek al van kracht zijn geweest, had dit een grote invloed gehad op verschillende contracten en zou de rechtspraak vandaag anders luiden.
De aanvaarding van de imprevisieleer tijdens de coronacrisis had er wellicht toe geleid dat overmacht minder snel werd aanvaard.
Meer lezen

Rechtspersoonlijkheid voor robots: een rechtsfilosofische afweging vanuit Belgisch juridisch perspectief

Vrije Universiteit Brussel
2022
Victor
Schollaert
Robots zijn in ons recht vandaag niets meer dan voorwerpen. Het wordt tijd om te overwegen of ze de status van personen verdienen in ons recht. Door middel van een rechtsfilosofische afweging wordt in dit onderzoek een voorzichtig positieve balans opgemaakt.
Meer lezen

Outdoor education in het basisonderwijs

AP Hogeschool Antwerpen
2022
Esther
Bamberger
Het effect van outdoor education op cognitie en motivatie in het lager onderwijs.
Meer lezen

Een concrete en werkbare visie voor DiverGENT die betekenis geeft aan het leren van onze inclusieve leerling

Arteveldehogeschool Gent
2022
Julie
Van Hoorde
In onze organisatie vernieuwen we samen de visie naar een concrete én doorleefde visie volgens de richtlijnen van schoolontwikkeling. Ons veranderingsproces kan een voorbeeld zijn voor wie zoekt naar een meer inclusieve en diversiteitgerichte visie voor zijn organisatie.
Meer lezen

Kunnen we de leermotivatie voor het vak Frans in de eerste graad a- en b-stroom verhogen met ons didactisch bordspel?

Odisee
2022
Katrien
Matthijs
  • Nele
    Lombaert
Omdat we merken dat de leerlingen in de eerste graad a- en b-stroom weinig leermotivatie hebben voor de lessen Frans, hebben we zelf een educatief bordspel ontworpen. We hebben duidelijk gekozen voor een bordspel en niet voor een online platform om de schermtijd te beperken en om de spreekvaardigheid, leesvaardigheid, luistervaardigheid en groepsdynamica in de klas te vergroten. Daarbovenop willen we de leerlingen ook warm maken voor de Franse cultuur. Na een test bij 51 leerlingen hebben we 49% meer motivatie kunnen registreren.
Meer lezen

Het effect van een positieve beeldvorming op integrale toegankelijkheid op vlak van mobiliteit

Thomas More Hogeschool
2022
Joni
Vandyck
  • Famke
    Breugelmans
  • Julie
    Jacobs
  • Michiel
    Van Regenmortel
Onderzoek naar het effect van een positieve beeldvorming op integrale toegankelijkheid op vlak van mobiliteit. Met mobiliteit bedoelen we openbaar vervoer en infrastructuur van wegen en voetpaden.
Meer lezen

Impact van COVID-19 op sponsorwerving (casestudy: Vlaams amateurvoetbal)

KU Leuven
2022
Jarne
Thyssen
Aan de hand van de kwalitatieve onderzoeksmethode wordt in dit onderzoek de impact van de
coronapandemie op de sportsponsoring in het Vlaams amateurvoetbal onderzocht. In de
gevoerde diepte-interviews werden topics aangehaald zoals de motieven, de achtergrond van de
respondent, de relatie tussen beide partijen en de impact van de coronapandemie op deze relatie
en op de respondent zelf. Aan de hand van de antwoorden op de vragen tracht men in dit
onderzoek een representatief beeld te schetsen voor het Vlaams amateurvoetbal.

Uit dit onderzoek blijkt dat veel sponsorrelaties zijn blijven doorlopen doorheen de pandemie. De
reden hiervoor kan men meestal terugvinden in de motieven om de relatie aan te gaan of in de
tijdelijke aanpassingen aan de overeenkomst gedurende de coronapandemie.
Meer lezen

Tackling CLIL challenges: a digital perspective

Odisee
2022
Nathan
Van Herck
Deze scriptie start met een overzicht van de theorie over CLIL en beklemtoont een gezonde, opbouwende kritiek van de CLIL-aanpak, die onderbelicht werd door de populariteit en hipheid van CLIL. Verschillende academische studies worden aangehaald (Bruton, 2011 en 2013; Dallinger, 2016) die de bewering ontkrachten dat CLIL "geen impact zou hebben op inhoudverwerving" (Spratt, 2011). Dallinger (2016: 30) gaat nog een stapje verder en constateert "een negatief CLIL-effect". Zoekende naar een remedie, stelt dit onderzoeksproject als hypothese dat digitale tools en 'flipping the classroom' kunnen compenseren voor het "negatieve CLIL-effect" (ibid.). Als methode werd eerst digitaal CLIL-materiaal ontwikkeld en vervolgens in de lespraktijk gebruikt van de Broederschool Humaniora in Sint-Niklaas. Daarna werden alle betrokken leerkrachten en leerlingen bevraagd over hun perceptie van het digitaal CLIL-materiaal. De resultaten waren gematigd positief: alle leerkrachten waren voorstander en 54,5% van de leerlingen gaf aan dat het digitaal materiaal hen hielp tijdens de les.
Meer lezen

Kleuters met weinig sociale wederkerigheid: van inzicht naar uitzicht (praktijkonderzoek in het ondersteuningsnetwerk Oost-Brabant)

AP Hogeschool Antwerpen
2022
Eleonora
Tilkin-Franssens
Steeds meer kleuters worden bij het ondersteuningsnetwerk aangemeld met een (gemotiveerd) verslag type 9 of doorverwezen naar het buitengewoon onderwijs. Het ondersteuningsnetwerk waar ik voor werk, is een inclusiemotor die tracht zoveel mogelijk kinderen binnen het gewoon onderwijs tot leren te laten komen binnen het draagvlak van de school.
In dit onderzoek wordt onderzocht hoe ondersteuners leerkrachten beter kunnen begeleiden bij het creëren van een klasomgeving waarin kleuters met weinig sociale wederkerigheid wel tot ontwikkeling kunnen komen en waarbij de leerkracht minder gevoelens van onmacht, stress en handelingsverlegenheid ervaart.
Door uit te zoeken hoe de normale ontwikkeling van een kleuter er uitziet op het domein van sociaal-emotionele ontwikkeling, sociaal-communicatieve ontwikkeling, taalontwikkeling en spelontwikkeling probeert dit onderzoek een manier te vinden om leerkrachten en ondersteuners meer inzicht in de ontwikkeling van hun specifieke kleuter te bieden. Vanuit dat inzicht wordt getracht om te komen tot een beter afgestemde omgeving, aanpak en aanbod naar de kleuter toe.
Dit onderzoek tracht hierbij een antwoord te geven op wat ondersteuners en leerkrachten nodig hebben om dit te kunnen verwezenlijken en wat het gevolg is van een korte interventie op de beleving van de band tussen de leerkracht en de kleuter.
Overkoepelende conclusies trekken was niet mogelijk, aangezien de steekproef te klein was. Er kan wel afgeleid worden dat het inzetten van ondersteuners om de ontwikkeling van het jonge kind beter te begrijpen een meerwaarde kan betekenen.
Daarnaast is het aanreiken van een manier om kinderen te observeren en zo hun ontwikkelingsniveau te bepalen in combinatie met het bepalen van hun beleving van en door anderen een manier om te weten te komen waar net op kan ingezet worden om hun ontwikkeling te stimuleren.
Het opstellen van kleine, haalbare activiteiten om aan de band tussen kleuter en leerkracht te werken terwijl er naar een duidelijk doel wordt toegewerkt, kan ondersteuners helpen om gerichter de leerkrachten te ondersteunen zodat de kleuter zijn/haar ontwikkeling ook wordt gestimuleerd buiten ondersteuningstijd.
Meer lezen

Does size matter? Een vergelijkende studie van de economie, economisch beleid en kansen in de Benelux

Universiteit Gent
2022
Michiel
Deprez
Een vergelijkende studie van de institutionele Benelux-Unie: haar economieën, economisch beleid en economische kansen voor de regio.
Meer lezen

Zorgmassage bij kankerpatiënten

Hogeschool West-Vlaanderen
2022
Shania
De Vos
Aan de hand van semi-gestructureerde interviews werd een kwalitatief onderzoek uitgevoerd naar de beleving van zorgmassage bij kankerpatiënten in Vlaanderen.
Meer lezen

“Nee, ik hoor niet bij op school” Noden en ervaringen van ex-OKAN-leerlingen over ‘self-confidence’ en psychosociaal welzijn in het eerste reguliere schooljaar

Hogeschool West-Vlaanderen
2022
Derrick
Agyemang
Het psychosociaal welzijn en ‘self-confidence’ van anderstalige leerlingen in hun eerste schooljaar krijgt weinig aandacht in het onderwijs. Van deze jongeren verwacht men dat ze zich aanpassen aan de nieuwe schoolsituatie waarin men terecht komt en zullen presteren. Maar scholen vergeten dikwijls dat deze jongeren met verschillende, soms traumatische ervaringen naar België komen die niet verwerkt zijn in OKAN. Dit heeft dan mogelijk een effect op hun zelfvertrouwen, waardoor ze zich niet goed voelen of niet het gevoel hebben erbij te horen en dit dan mogelijk een impact heeft op de academische prestaties. Dit proces wordt bemoeilijkt door de sociale uitsluiting waarmee veel anderstalige jongeren geconfronteerd worden in hun eerste schooljaar in de vervolgschool.

Het doel van dit onderzoek is achterhalen hoe ‘self-confidence’ en psychosociaal welzijn op school ondersteund kan worden. Van daaruit kunnen suggesties gedaan worden hoe scholen deze jongeren kunnen benaderen, vooral in hun eerste schooljaar in de vervolgschool. Door het gebruik maken van een semigestructureerd interview wordt getracht mogelijke antwoorden te vinden wat de noden zijn van deze jongeren. Op grond van de informatie die verkregen is, wordt een brochure gemaakt voor scholen en meer bepaald hoe leerkrachten deze elementen van ex-OKAN-leerlingen kunnen ondersteunen. De participanten (ex-OKAN-leerlingen) worden gerekruteerd op KTA OKAN Brugge.

Uit dit onderzoek blijkt dat de overgang qua schoolervaring van moederland naar België soms onzekerheden met zich meebrengen bij nieuw ingestroomde ex-OKAN-leerlingen. Het verschil tussen het schoolsysteem kan ervoor zorgen dat ze twijfels krijgen over hun eigen bekwaamheid. Ook speelt het Nederlands een rol bij de schoolse omgang met klasgenoten en leerkrachten. Ze vertellen dat ze vaak niet te durven praten omdat ze uitgelachen worden om hun Nederlands. Daarnaast geven ze aan dat ze soms het gevoel hebben er niet bij te horen omdat leerkrachten soms dialect spreken in de les en geen rekening houden met hen. Er werd ook over hun traumatische gebeurtenis, de last en de verwerking ervan gepraat. Zo vertellen de meeste participanten dat ze geen vertrouwensgevoel hebben in de vervolgschool en dat ze het gevoel hebben niet terecht te kunnen op school voor hulp.
Meer lezen

Het effect van sponsoring in de Jupiler Pro League op de marketingstrategie van bedrijven. Case: OH Leuven

Hogeschool Gent
2021
Moutasim
Benkaddour
Sportsponsoring is de laatste decennia enorm gegroeid. Bedrijven willen naast de klassieke
communicatiekanalen, ook met sport hun marketingdoelstellingen behalen. In dit onderzoek wordt
er gekeken naar het effect van sponsoring in de Jupiler Pro League op de marketingstrategie van
bedrijven.
Deze bachelorproef gaat over hoe bedrijven en voetbalploegen elkaar gemakkelijker kunnen vinden
en waar ze precies op moeten letten om een win-win situatie te verkrijgen. Er werd nagegaan welke
motieven schuilgaan achter de keuze voor het sponsoren van Belgische voetbalclubs. Daarnaast heb
ik gezocht naar de redenen waarom een bedrijf zou investeren in de Belgische markt die minder
bereik en aandacht krijgt van media en fans vergeleken met de absolute top (bv. Premier League).
Daarnaast heb ik onderzoek gevoerd naar de activatiemogelijkheden die gekoppeld zijn aan de
sponsoring. Waarom een bedrijf voor een bepaalde voetbalclub kiest en wat de doorslaggevende
factoren zijn in die keuze.
Het was zeer interessant om met grote bedrijven en voetbalploegen te praten die in de hoogste
klasse van de Belgische competitie aanwezig zijn. Ik ben te weten gekomen dat niet alleen budget
en bereik belangrijk is, maar veel meer dan dat. Grote bedrijven kijken heel erg naar de positionering
en waarden van een club. Als deze in lijn zijn met hun eigen waarden is een deel van de beslissing
voor voetbalsponsoring en de club reeds genomen. Daarna volgen de gesprekken waar er aandacht
wordt gegeven aan wat de club op vlak van creatieve visibiliteit en networking kan doen.
Tot slot moet rekening gehouden worden met de positionering van zowel de voetbalclub als de
potentiële partner. Voor het ene bedrijf zijn sportieve prestaties belangrijker dan voor de ander.
Daarom is het cruciaal om te anticiperen op de sportieve prestaties van het moment. Als het goed
gaat met de club kunnen deze resultaten aangekaart worden. Bij mindere tijden is het de bedoeling
dat de club de nadruk legt op het feit dat Leuven meer is dan alleen voetbal. Er wordt hard ingezet
op networking en de infrastructuur in het stadion. Hoe groter de het bedrijf, hoe creatiever ze
verwachten dat de clubs omgaan met de investeringen.
Meer lezen

Onderzoek naar variabelen die een invloed kunnen hebben op de selectie van educatieve apps door leerkrachten secundair onderwijs.

Universiteit Gent
2021
Tom
De Schepper
Ontwikkelaars van digitale leermiddelen houden in hun business model doorgaans enkel rekening met de prijs van de ontwikkeling en het kanaal waarlangs de leermiddelen verspreid worden. In deze educatieve masterproef onderzoeken we de verwachtingen van leerkrachten.
Meer lezen

ONDERHANDE(LE)N: Een mixed methods onderzoek naar consent in een BDSM-context

KU Leuven
2021
Dries
Slootmans
In deze thesis werd onderzocht hoe consent door homoseksuele mannen wordt beleefd, in een BDSM-
context. Er wordt geprobeerd om een antwoord te bieden op de onderzoeksvraag: “Wat is de betekenis
van consent en hoe beleven homoseksuele mannen met een voorkeur voor BDSM consent in een
BDSM-context?” die werd bekomen aan de hand van een literatuurstudie waaruit blijkt dat consent een
centrale plaats heeft binnen BDSM.

Het eerste deel van het onderzoek bestaat uit een literatuurstudie, waarin de literatuur rond BDSM en
consent in kaart wordt gebracht. In het tweede deel van het onderzoek wordt de methodologie
behandeld waarin het opzet van een mixed methods onderzoek wordt beschreven.

Het derde deel van het onderzoek geeft de resultaten weer die werden bekomen aan de hand van een
vragenlijst en een interview. De vragenlijst werd ingevuld door 142 participanten en is opgebouwd uit
zes secties: demografische kenmerken (1), persoonlijkheidskenmerken (2), seksuele geschiedenis en
activiteit (3), BDSM (4), relationele en seksuele tevredenheid (5) en consent (6). Het interview werd
afgenomen bij 9 participanten en is opgebouwd uit drie secties: BDSM (1), consent (2) en seksueel
grensoverschrijdend gedrag (3). Deze thema’s worden uitvoerig beschreven in het resultatenhoofdstuk.

In het vierde deel van het onderzoek worden de resultaten gelinkt aan de literatuur en worden de
beperkingen van het onderzoek geformuleerd. In het vijfde deel van het onderzoek wordt er een
antwoord geformuleerd op de onderzoeksvraag. In het zesde deel van het onderzoek worden
aanbevelingen voor toekomstig onderzoek geformuleerd.

De participanten hechten aanzienlijk veel waarde aan consent. Ze proberen steeds expliciet te
communiceren over grenzen om tot harde spelregels te komen waaraan iedereen verwacht wordt zich
te houden. Met deze regels wordt toegestemd, en vanaf dat moment wordt er een relationeel contract
ondertekend tussen twee of meerdere personen. Enkel een stopwoord kan op ieder moment het
contract beëindigen. Echter, met behulp van verbale en non-verbale communicatie wordt het contract
volgens het principe van trial en error voortdurend bijgeschaafd.
Meer lezen

Outdoor education

AP Hogeschool Antwerpen
2021
Esther
Bamberger
Outdoor education in het lager onderwijs en het effect op motivatie, prestatie en concentratie.
Meer lezen

Interne kwaliteitszorg en het nieuwe referentiekader voor onderwijskwaliteit (OK): hoe gaan schoolleiders hiermee om?

Universiteit Gent
2021
Eva
Maesen
Dit onderzoek gaat de ervaringen van schoolleiders met het referentiekader voor onderwijskwaliteit (OK) en met de nieuwe doorlichtingsmethode, Inspectie 2.0, na. Daarnaast wordt onderzocht of de innovatiecapaciteit en kwaliteitszorg van scholen samenhangen met het verkregen advies van de onderwijsinspectie.
Meer lezen

The relationship between daily job crafting and daily intrinsic motivation among app-workers

KU Leuven
2021
Otto
Rommens
De verregaande integratie van technologie in platformorganisaties maakt de top-down verrijking van het werkontwerp uitdagend en beperkt bijgevolg de mogelijkheden om werknemers intrinsiek te motiveren. Daarom onderzocht deze masterproef de relatie tussen dagelijkse job crafting (d.w.z. dagelijkse taak, dagelijkse relationele, dagelijkse cognitieve, en dagelijkse tijd-ruimtelijke job crafting) en dagelijkse intrinsieke motivatie door dagelijkse jobverrijking, aan de hand van een algemene vragenlijst en een vierdaagse dagboekstudie (N = 196 dagen genest binnen 51 individuen). Daarnaast onderzochten we of de persoonlijke behoefte aan groei en ontwikkeling van platformwerkers het effect van dagelijkse jobverrijking op dagelijkse intrinsieke motivatie modereerde.
Meer lezen

(H)erkenning van de eigen wonden Een kwalitatief onderzoek naar imperiale wonden en mogelijke processen van genezing, heling en herstel bij transnationale adoptie vanuit China

Universiteit Gent
2021
Joyce
Bex
Deze masterproef omvat een zoektocht naar mogelijke strategieën tot herstel van imperiale wonden bij transnationale adoptie vanuit China.
Meer lezen

Betrokkenheid van anderstalige ouders bij het onderwijs van hun kind

KU Leuven
2021
Shana
De Keyser
De rol die scholen kunnen spelen in het stimuleren van de ouderbetrokkenheid van hun anderstalige ouders. Een analyse van een lopend project in vijf Antwerpse basisscholen.
Meer lezen