Scriptiebank overzicht

De Vlaamse Scriptiebank is een vrij toegankelijke online databank. Deze bevat alle artikels en full text scripties van deelnemende bachelors en masters aan de

The Haunting (of the) Past: Urban Traces in Singapore, Phnom Penh, and Bali

Universiteit Gent
2024
Anissa
Boukra
In 'De Architectuur van de Stad' van Aldo Rossi wordt de existentie voorgesteld van een
gedeelde essentie tussen het menselijk lichaam en de stad, waarbij beide een evolutie
doorgaan die gevormd wordt door unieke ervaringen. Net zoals het menselijk lichaam sporen van trauma kan bewaren, herinnert een stad zich haar verleden via de gebouwde omgeving. Als trauma een diepgaand effect kan hebben op het menselijk lichaam, wat is dan het effect van een traumatisch verleden op de stad en haar inwoners? Deze masterproef verkent de complexe kruispunten tussen koloniale geschiedenissen, traumatische herinneringen, stedelijke landschappen en rechtvaardigheid in Singapore, Phnom Penh en Bali. De centrale vraag luidt: Hoe beïnvloedt het voortlevende verleden van een traumatische geschiedenis de stedelijke landschappen, faciliteert het de exploitatie van trauma voor toerisme en belemmert het de zoektocht naar rechtvaardigheid in Singapore, Phnom Penh en Bali?
Om deze onderzoeksvraag te beantwoorden, start deze masterproef haar analyse met het onderzoeken van de langdurige impact van koloniale interventies op demografische evolutie, etnisch evenwicht en raciale ondertonen. Diep ingaand op het traumatische verleden van de genocide onder het Khmer Rouge-regime, worden verdrongen herinneringen, zelfcensuur en herinneringspolitiek ontrafeld. Daarnaast behandelt het de vergeten genocide van 1965 in Bali en verkent het de verbanden tussen oorlog, seksueel geweld en architectuur, inclusief een analyse van Singaporese comfortvrouwen. Deze masterproef beschouwt stedelijke ruimtes als palimpsesten, waarbij de uitwissing van visuele informatie en het behoud van onvertelde verhalen in landschappen die fungeren als actieve herdenkingsmonumenten worden benadrukt. De verkenning strekt zich uit tot de vormgevende factoren van het stedelijke landschap van Phnom Penh, van het Franse koloniale tijdperk tot de post-Khmer Rougereconstructie. Diepgaand wordt het concept van de tabula rasa bevraagd, waarmee percepties van Singapore als een homogene stad in twijfel worden getrokken. De exploiterende link tussen toerisme en trauma wordt kritisch onderzocht, waarbij de transformatie van Bali tot een paradijs en de complexiteiten van thanatoerisme in Cambodja worden ontrafeld. De masterproef sluit af met een diepgaande verkenning van de transcendentie van herinneringen en de zoektocht naar overgangsrechtvaardigheid, waarbij specifieke initiatieven in Cambodja en Bali worden belicht, terwijl maatschappelijke uitdagingen die vooruitgang in Singapore belemmeren, worden erkend.
Deze masterproef concludeert door de nadruk te leggen op het belang van het verbreden van de definitie van het archief via de tegenstemmen van kunstenaars, het verbinden van de casestudies met het thema van 'herinneren wat vergeten is,' en het pleiten voor alternatieve wegen in lijn met het concept van 're-memory' van Toni Morrison.
Meer lezen

Bridging The Gap Between Urban Planning and Development - Generating Value by Shifting Risk and Reward

Universiteit Gent
2024
Wouter
Coucke
De master thesis onderzoekt de complexe interactie tussen stedenbouwkundigen en projectontwikkelaars bij het vormgeven van de gebouwde omgeving, gekenmerkt door een dynamisch samenspel van visie, onderhandeling en uitvoering tussen deze disciplines. Hoewel zowel ontwikkelaars als stedenbouwkundigen waarde hechten aan professionele samenwerking en erkennen dat dit leidt tot kwalitatief betere projecten en snellere goedkeuringen, wijzen de afgenomen interviews op het bestaan van een grote kloof, gekenmerkt door wederzijds wantrouwen, uiteenlopende doelstellingen en een uiteenlopend discours. Ontwikkelaars geven prioriteit aan winst en rendabiliteit, wat vaak botst met de lange termijnwaarde, de sociale impact en het gemeenschappelijk welzijn, waar stedenbouwkundigen zich op richten. Verschillende opvattingen over eigendomsrechten, een aanvaardbare vergoeding voor de genomen risico's, en verschillende visies omtrent de aanpak van het verdichtingsvraagstuk en de realisatie van betaalbare woningen, verergeren de kloof verder.

Vastgoedontwikkeling is een risicovolle, complexe, multidisciplinaire en kapitaalintensieve onderneming die de interactie en afstemming van verschillende belanghebbenden en een actief risicobeheer vereist. Wanneer risico's correct zijn geïdentificeerd, geanalyseerd en geëvalueerd, kunnen ze worden beheerst door deze te vermijden, te elimineren, te verminderen, te delen, over te dragen en uiteindelijk het restrisico te accepteren. Hoewel risicobeheer een complexe is, is het zeker niet uitsluitend een rationele benadering. Ervaring speelt ook een rol, en de risicoperceptie van ontwikkelaars wordt onder meer beïnvloed door de verwachtingen van consultants, financiële instellingen en investeerders.

Vanuit een stedenbouwkundig perspectief zijn de maatschappelijke risico's breder en de relevante tijdshorizon veel langer dan de doorlooptijd van het ontwikkelingsproces. Het vermogen van een projectontwikkelaar om risico's te delen of zelfs over te dragen aan een andere partij hangt grotendeels af van de professionaliteit en onderhandelingskracht van die andere partij. Hoewel ervaringen met publiek-private samenwerkingen niet eenduidig zijn, bieden ze wel het potentieel om ontwikkelingsrisico's te delen en de nodige publieke capaciteit en competenties op te bouwen om risico's te begrijpen en zelfs te beheren.

Het bereiken van een evenwicht tussen private ambities en maatschappelijke impact is een cruciaal element van stedenbouw en ontwerp. Dit evenwicht wordt vaak aangeduid als de 'kwaliteit' of 'waarde' van het project. Er bestaan echter verschillende waardebegrippen en deze worden in de masterthesis onderzocht. Ruilwaarde verwijst naar de waarde van een goed of dienst in handel, vaak uitgedrukt in geld. De focus op ruilwaarde geeft vaak voorrang aan monetair gewin onder het kapitalisme, waardoor bredere sociale en culturele waarden, die een belangrijke rol spelen in stedelijke ontwikkeling, mogelijks worden verwaarloosd. De conceptie van stedelijke ruimte wordt beïnvloed door dominante visies op sociale en culturele gebruikswaarde en veel minder door persoonlijke emotionele waarden. Het heersende regime, waarvan de stedenbouwkundigen de vertegenwoordigers zijn, controleert de productie van sociale ruimte door middel van de conceptie ervan , en dit kan botsen met de puur economische focus op ruilwaarde, vaak aangenomen door projectontwikkelaars.

Effectieve kwaliteitsborging in ruimtelijke ontwikkeling vereist duidelijke discussies tussen ontwikkelaars en autoriteiten over de onderliggende aannames, ambities en strategieën om een goed projectresultaat te bereiken. Om stedelijke kwaliteit te evalueren, is een genuanceerde en veelzijdige benadering noodzakelijk. Kwaliteitskamers, opgericht in allerlei vormen om projectkwaliteit te evalueren en te waarborgen, missen formele autoriteit en een coherente aanpak, en de toepassing ervan wordt niet dooer iedereen positief beoordeeld. Het is daarom aangewezen om de noodzaak en de werking van deze kwaliteitskamers te evalueren en desnoods te herzien.

De algemene uitkomst van de interviews is een falen van een effectief ruimtelijk beleid in Vlaanderen. De centrale Vlaamse overheid wordt als zwak en afwezig beschouwd, terwijl kleinere lokale overheden onderbemand en niet toegerust zijn om complexe vergunningsaanvragen aan te pakken. De 'laissez-faire'-aanpak kan historisch worden gesitueerd, maar heeft geleid tot een ongekende verstedelijking, aangejaagd door kansen voor grondeigenaren om speculatieve waarde te creëren en te behouden door het verkrijgen van vergunningen. Dit gedrag wordt vaak toegeschreven aan projectontwikkelaars, maar hun werkterrein is verschoven naar de herontwikkeling van bestaande locaties en gebouwen.

Het debat over ruimtelijke ordening richt zich hoofdzakelijk op het verlenen van vergunningen, met een zeer sterke nadruk op formaliteiten. Het vergunningsproces is ook overmatig gereguleerd en de nadruk op juridische formaliteiten heeft geleid tot een verlies aan strategische visie, terwijl belangrijke planningsuitdagingen blijven bestaan. Het ontbreken van duidelijke ontwikkelingskaders creëert bovendien onzekerheid, wat efficiënte en innovatieve stedelijke ontwikkeling belemmert.

De Vlaamse overheid moet opnieuw de controle verwerven over planning en programmering door middel van een synergetische aanpak aan te nemen waarbij beslissingen meer centraal worden genomen en middelen worden gebundeld, en waarbij stedelijke ontwikkelingskaders op subregionaal niveau worden vastgelegd. Zodra het ontwikkelingskader is bepaald, is het een stevig werkinstrument voor zowel stedenbouwkundigen als ontwikkelaars. De betrokkenheid van provincies op dit tussenniveau, of een andere subregionale instantie, moet verder worden onderzocht. Bovendien moeten een aantal dubbelzinnige ruimtelijke concepten worden herzien door ze te beoordelen vanuit hun collectieve gebruikswaarde en de grenzen met puur emotionele waarde, zodat ze bruikbare concepten worden in plannings- en vergunningsprocedures.

De vergunningsprocedure dient grondig herzien te worden, onder andere om de mogelijkheden van lichtvaardige beroepen op basis van persoonlijke emotionele waarden of zakelijke motieven te beperken, en om de mogelijkheid om de hele vergunningsbeoordeling compleet over te doen in de adminsitratieve beroepsprocedure, zonder daarmee rekening te houden met voorafgaande afspraken en overwegingen, af te schaffen. De rol en reikwijdte van de zogenaamde Kwaliteitskamers moet worden gestructureerd en geïntegreerd in het vergunningsproces, o.a. door de mogelijkheden van ontwikkelingskosten en ontwikkelingsakkoorden uit te breiden. Een fundamentele vraag in dit alles is wat de rol van de stedenbouwkundige in dit alles is.

Tenslotte heeft de analyse van de case study aangetoond dat Upgrade Estate in staat is relaties op te bouwen met zijn stakeholders en een product te ontwikkelen dat voldoet aan de behoeften van zijn huurders en investeerders, gebaseerd op grondig marktonderzoek. De behoefte aan het product, de marketingaanpak en, tot op zekere hoogte, de architecturale vorm van de Loop 5-gebouwen creëren een gevoel van collectiviteit dat Upgrade Estate in staat stelt zijn operatie te financieren op basis van naamsbekendheid en reputatie, wat het resultaat is van een zeer sterke relatie met zijn investeerders, een stabiel maar relatief laag financieel rendement, het nemen van sociale en maatschappelijke verantwoordelijkheid, een uitstekende corporate marketingmachine en een bewezen staat van dienst. De financiering van het project gebeurt via een innovatief financieringssysteem dat aan de aandacht van de de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (FSMA) ontsnapt lijkt te zijn. Om de risico's voor de eindinvesteerders te beperken, zou de FSMA dit soort structuren dringend moeten herzien, met name met betrekking tot deugdelijk bestuur, marktconforme waardering en transparantie.
Meer lezen

Rêve de la nage métropolitaine

Universiteit Gent
2023
Nicolas
De Wispelaere
Winnaar Vlaamse Scriptieprijs
Ontwerpvoorstellen voor nieuwe openbare zwembaden in Brussel, vertrekkend vanuit een stedenbouwkundige en historische beschouwing van openbare zwembaden in Parijs.
Meer lezen

Kerk&* : De herwaardering van de Sint-Ritakerk

KU Leuven
2021
Quinten
Malfait
De projectnota is opgesteld in het kader van de masterproef OMG! Van God Los en bundelt het onderzoekend en ontwerpend werk, opgebouwd uit drie blokken, opeenvolgend onderzoek, scenario’s en ontwerp. De masterproef spitst zich toe op het relevant en hedendaags vraagstuk rond de herbestemming van het kerkelijk erfgoed in Vlaanderen. Door de groeiende secularisering lopen de kerken, vaak gelegen in het centrum van een wijk of dorp, stilaan leeg. Toch zien architecten, stedenbouwkundigen en erfgoedspecialisten verschillende opportuniteiten ontstaan voor de gebouwen omwille van hun specifieke typologie, strategische ligging en publieke schaal. De casestudies richten zich specifiek toe op kerken gebouwd na de Tweede Wereldoorlog. De modernistische architectuur zowel in plan als opbouw verschilt fenomenaal van de kerken gebouwd voor de oorlog.
De vooropgestelde case van deze nota is de Sint-Ritakerk in Harelbeke van de Belgische architect Léon Stynen. De kerk staat als een losstaand sculpturaal artefact in een generische Vlaamse context. “Dit is een tent waar men God vindt”, concludeerde de pastoor bij de inwijding in 1966. De architectuur is een zoektocht naar de essentie van deze typologie waarin de sacraliteit wordt uitgedrukt in de piramidale oervorm en puurheid tussen het materiaal en structuur. Sinds 2016 is de kerk een beschermd monument.
De aanwezigheid van de Sint-Ritakerk laat zich gelden in de ruimte waarmee dit heilige object een spanningsveld creëert als monument op zijn omgeving. Hierom luidt de onderzoeksvraag als volgt: “Wat is de impact van een ‘beschermd monument’ op zijn omgeving op korte en lange termijn?”. De Sint-Ritakerk wordt hiermee niet enkel een ‘heilige’ plek voor christenen, maar ook voor architecten en erfgoedspecialisten.
Het uitgewerkte scenario is een masterplan dat de zones en perimeters die voortkomen uit de gedefinieerde spanningsvelden eerst gaat optekenen om ze vervolgens te gaan herformuleren in een groter netwerk. De intentie is om de kerk van zijn banale omgeving te onttrekken en hem een centrale rol als monument en kerk te geven in de nieuwe gecontroleerde stedelijke ruimte waar zowel de lokale als de globale actoren in en rond de kerk samenkomen. Het web van de kerk biedt zo een omkadering op uiteenlopende schaalniveaus dat de impact van de Sint-Ritakerk op zijn omgeving op korte en lange termijn kan meten.
Meer lezen

Kathy Acker's City: the Politics of Gender and Space

Universiteit Gent
2019
Tessel
Veneboer
Deze thesis heeft het werk van de experimentele auteur Kathy Acker als onderwerp. Meer specifiek wordt er bekeken op welke manier gender en seksualiteit beleefd worden in de stad in haar teksten.
Meer lezen

Non-professional Translation in the City of Antwerp

KU Leuven
2019
Anaïs
De Vierman
In de masterproef 'Non-professional translation in the city of Antwerp' werden vertaalpraktijken onderzocht die zijn uitgevoerd door niet-professionele vertalers in de stad Antwerpen. Aan de hand van een vergelijkende corpusanalyse werd er nagegaan welk effect dit heeft op het microniveau, ofwel op de tekst zelf, en werd de invloed van het sociolinguïstische kader bekeken waarin de vertaling plaatsvindt.
Meer lezen

La cartografia dello spazio urbano nella letteratura migrante italosomala

Universiteit Gent
2018
Lisa
Christiaens
In deze scriptie wordt onderzocht hoe de stedelijke ruimte wordt weergegeven in de Italo-Somalische migrantenliteratuur, met behulp van het 'geocriticism' zoals beschreven door Robert Tally. De kritische blik van de personages op het stedelijke landschap in Italië wordt geanalyseerd en er wordt nagegaan welke persoonlijke betekenis ze geven aan hun traject en aan de ruimtelijke dimensie.
Meer lezen

The Poljane commons, a strategy of collective voids and public plinths in Ljubljana

KU Leuven
2015
Jonathan
Teuns
Publieke ruimte als motor voor duurzame stadsontwikkelingHoe willen we dat onze steden evolueren? Kantoordistricten die niets teruggeven aan de stad buiten een weerspiegeling van de wolken zijn vaak nog het gevolg van stoffige 20e-eeuwse concepten. Stadsvernieuwing moet telkens opnieuw herdacht worden in het licht van veranderende contextuele en maatschappelijke factoren. Desalniettemin bepaalt het in een steeds meer individuele en digitale wereld de ruimte die verschillende partijen fysiek kan samenbrengen.
Meer lezen

What’s Your Move? Een esthetische en maatschappelijke analyse van de ‘Choreographic Objects’ van William Forsythe

KU Leuven
2015
Luce
Moelans
Ode aan het experimentDe ‘Choreographic Objects’ van William ForsytheDoor Luce Moelans Soms wanneer ik doorheen de stad wandel, voel ik een plotse opwelling om een radslag te doen. Of om al fietsend in grote slalombewegingen een heuvel af te dalen. Maar wat zullen mensen denken: zullen ze me aanstaren, of naar me wijzen in afkeuring? Misschien zal ik zelfs een berisping krijgen van de stadswachters. Wanneer we ons doorheen de stedelijke ruimte verplaatsen, doen we dat allemaal volgens min of meer dezelfde normen en regels; een massa in conformiteit.
Meer lezen

Recycling Space. Reframing Urban Derelict Sites and Properties. Exploring Space Theories from Henri Lefebvre to Urban Catalyst.

KU Leuven
2015
Siobhan
Dolezal
Ook ruimte kunnen we recyclerenUplace: we kennen het ondertussen allemaal. De plannen om een groot winkelcentrum neer te zetten in de buurt van Brussel heeft al voor heel wat ophef en media-aandacht gezorgd. En terecht. Niet alleen is de eerste goedkeuring van het project gebaseerd op valse beloftes en onjuiste veronderstellingen, zulke megaprojecten werken vooral ook leegstand in de hand — en laat dat nu net het probleem zijn dat vandaag in elke stad meer en meer zichtbaar wordt.De stad groeit en krimpt Door verstedelijking wordt de stad de dagelijkse leefomgeving van meer en meer mensen.
Meer lezen

Episodes of urban activism. From civil disobedience to architectural practice

KU Leuven
2014
Elise
Candry
Van burgerlijke ongehoorzaamheid tot ontwerppraktijkBrusselse inwoners maken de stadEen self-made park aanleggen op een braakliggend terrein. Feestjes organiseren op het dak van een oud parkeergebouw. Guerilla acties op promblematische mobiliteitsknopen. Protest picknicks voor een autovrij stadscentrum. Nachtelijke artistieke interventies met afvalhout. En nog veel meer. Steeds meer verrijzen dergelijke spontane acties in de stedelijke ruimte. Stedelingen lijken de behoefte te voelen om zelf het heft in handen te nemen. Dat doen ze bovendien verdomd goed.
Meer lezen

Een typologisch onderzoek naar de Afrikaanse kerken in het stedelijk weefsel van Gent

Universiteit Gent
2014
Pieterjan
Dehaene
De onzichtbare architectuur van de Afrikaanse kerken in GentLuchthavens en treinstations, detentiekampen en asielcentra, grensposten en -muren, maar ook fenomenen als 'de sociale mix' en 'gentrificatie': ze illustreren dat architectuur, stedenbouw en planning voor – of vaak eerder tegen – de migrant vrij aanwijsbaar is. Moeilijker is om die migrant als actor te beschouwen in architecturale en stedenbouwkundige activiteiten.
Meer lezen

Campus and the City in a South African Context. Reflections on a UWC satellite campus in Mitchells Plain, Cape Town.

Universiteit Gent
2012
Eva
De Bruyn
Stadsontwikkeling in post-apartheid Zuid-Afrika: de universiteit als stedelijke actor? Wie vandaag een luchtfoto van Kaapstad bekijkt, ziet een uitdijend landschap waarin dichtbevolkte woongebieden en onontgonnen niemandsland elkaar afwisselen. Dit vreemde patchwork is het resultaat van de jarenlange ideologie van rassenscheiding, die niet alleen het dagelijks leven in Zuid-Afrika bepaalde, maar zich ook in het landschap aftekende. Stadsplanning werd het middel bij uitstek om de scheiding van bevolkingsgroepen ook ruimtelijk te consolideren.
Meer lezen